Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. compter sur:
  2. Wiktionary:
  3. Gebruikers suggesties voor compter sur:
    • rekenen op


Frans

Uitgebreide vertaling voor compter sur (Frans) in het Nederlands

compter sur:

compter sur werkwoord

  1. compter sur (espérer; s'attendre à)
    verwachten; uitkijken naar; tegemoetzien; vooruitzien
    • verwachten werkwoord (verwacht, verwachtte, verwachtten, verwacht)
    • uitkijken naar werkwoord (kijk uit naar, kijkt uit naar, keek uit naar, keken uit naar, uitgekeken naar)
    • tegemoetzien werkwoord (zie tegemoet, ziet tegemoet, zag tegemoet, zagen tegemoet, tegemoet gezien)
    • vooruitzien werkwoord (zie vooruit, ziet vooruit, zag vooruit, zagen vooruit, vooruitgezien)

Vertaal Matrix voor compter sur:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tegemoetzien compter sur; espérer; s'attendre à
uitkijken naar compter sur; espérer; s'attendre à aspirer à; se fair une joie de; se faire une fête de; se réjouir à l'idée de
verwachten compter sur; espérer; s'attendre à
vooruitzien compter sur; espérer; s'attendre à

Wiktionary: compter sur


Cross Translation:
FromToVia
compter sur rekenen op rely — rest with confidence

Verwante vertalingen van compter sur