Frans
Uitgebreide vertaling voor commettre une faute (Frans) in het Nederlands
commettre une faute:
-
commettre une faute (chuter; faillir; échouer; ne pas réussir; se tromper; être un flop; périr; manquer; rater; tourner mal; se méprendre; commettre une erreur; rater son coup; rater son effet; réduire en bouilli; s'abîmer; faire une faute; aller à côté)
falen; verkeerd lopen; mislukken; misgaan; in de puree lopen; floppen; afgaan; mislopen; stranden-
verkeerd lopen werkwoord (loop verkeerd, loopt verkeerd, liep verkeerd, liepen verkeerd, verkeerd gelopen)
-
in de puree lopen werkwoord
-
commettre une faute (se tromper; commettre une erreur; se méprendre; faire une faute)
zich vergissen; een fout maken-
zich vergissen werkwoord
-
een fout maken werkwoord (maak een fout, maakt een fout, maakte een fout, maakten een fout, een fout gemaakt)
-