Frans

Uitgebreide vertaling voor classement (Frans) in het Nederlands

classement:

classement [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le classement (mise en ordre; rangement; arrangement; ordre; hiérarchie)
    het arrangement; de indeling; de opstelling; de schikking; de ordening; de rangschikking
  2. le classement (classification)
    het klassement; de klassering
  3. le classement (construction; composition; mise en ordre; arrangement; ordre)
    de samenstelling; de opbouw; de structuur; de ordening; de organisatie; het systeem
  4. le classement (ordre de préséance; hiérarchie; ordre; )
    de hiërarchie; de rangorde; de volgorde; de rang
    • hiërarchie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • rangorde [de ~] zelfstandig naamwoord
    • volgorde [de ~] zelfstandig naamwoord
    • rang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  5. le classement
    de ranglijst
  6. le classement
    competitiestand
  7. le classement
    de sortering
  8. le classement
    de classificatie
  9. le classement (classification; typologie; caractérisation)
    de classificatie; de karakterisering; de typering
  10. le classement (mise en ordre; rangement)
    ordenen; schikken
    • ordenen [znw.] zelfstandig naamwoord
    • schikken [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor classement:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arrangement arrangement; classement; hiérarchie; mise en ordre; ordre; rangement accord; arrangement; harmonisation; instrumentation; mise en ordre; orchestration; règlement; réglementation
classificatie caractérisation; classement; classification; typologie catégorie; classification; classifieur
competitiestand classement
hiërarchie arrangement; classement; degré; gradation; grade; hiérarchie; mise en ordre; niveau; ordonnance; ordre; ordre de préséance; position; rang; titre; échelle; échelon hiérarchie
indeling arrangement; classement; hiérarchie; mise en ordre; ordre; rangement disposition; structure
karakterisering caractérisation; classement; classification; typologie caractère; caractérisation; caractéristique; description; esquisse psychologique d'un individu; indice; marque; particularité; peinture; portrait; profil; propriété; qualité; singularité; trait; trait distinctif
klassement classement; classification
klassering classement; classification
opbouw arrangement; classement; composition; construction; mise en ordre; ordre composition; constitution; construction; structure; édification
opstelling arrangement; classement; hiérarchie; mise en ordre; ordre; rangement
ordenen classement; mise en ordre; rangement
ordening arrangement; classement; composition; construction; hiérarchie; mise en ordre; ordre; rangement
organisatie arrangement; classement; composition; construction; mise en ordre; ordre amicale; association; cercle; club; guilde; guilde de métier; instance; institut; organe; organisation; organisme; société; union des artisans
rang arrangement; classement; degré; gradation; grade; hiérarchie; mise en ordre; niveau; ordonnance; ordre; ordre de préséance; position; rang; titre; échelle; échelon classe; classe sociale; grade; groupe social; ordre; position; rang; sorte; échelon
ranglijst classement
rangorde arrangement; classement; degré; gradation; grade; hiérarchie; mise en ordre; niveau; ordonnance; ordre; ordre de préséance; position; rang; titre; échelle; échelon grade; ordre; position; rang; échelon
rangschikking arrangement; classement; hiérarchie; mise en ordre; ordre; rangement arrangement; classement hiërarchique; classification; rangement
samenstelling arrangement; classement; composition; construction; mise en ordre; ordre assemblage; combinaison; composition; constitution; construction; ensemble; fixation; installation; mise en place; montage; pièces; placement; positionnement; structure; édification
schikken classement; mise en ordre; rangement
schikking arrangement; classement; hiérarchie; mise en ordre; ordre; rangement accommodement; accord; arrangement; arrêt du conseil municipal; arrêté; consentement; convention; dispositions; décision; décret; détermination; mesure; résolution
sortering classement accumulation; assortiment; choix; collection; cumul; entassement; pile; sélection; éventail
structuur arrangement; classement; composition; construction; mise en ordre; ordre arborescence; composition; constitution; construction; structure; édification
systeem arrangement; classement; composition; construction; mise en ordre; ordre système
typering caractérisation; classement; classification; typologie caractère; caractérisation; caractéristique; description; indice; marque; particularité; peinture; propriété; qualité; singularité; trait; trait distinctif
volgorde arrangement; classement; degré; gradation; grade; hiérarchie; mise en ordre; niveau; ordonnance; ordre; ordre de préséance; position; rang; titre; échelle; échelon
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ordenen arranger; cataloguer; catégoriser; classer; classifier; coupler; enchaîner; faire un catalogue; ficher; grouper; ordonner; passer les vitesses; repartir; systématiser; sélectionner; séparer; trier
schikken arranger; arriver à propos; concilier; convenir; faire la paix; régler à l'amiable; se réconcilier; tomber à propos

Synoniemen voor "classement":


Wiktionary: classement


Cross Translation:
FromToVia
classement klassement; rang; plaats ranking — placement in a list

Verwante vertalingen van classement