Bienfaiteur in het Nederlands vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

bienfaiteur:
- begunstiger; donateur; schenker; mecenas; beschermheer; weldoener
Wiktionary:
- bienfaiteur → weldoener

Frans

Uitgebreide vertaling voor bienfaiteur (Frans) in het Nederlands

le bienfaiteur (donateur; donneur; patron; mécène; protecteur)
de begunstiger; de donateur; de schenker
- begunstiger [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- donateur [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- schenker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
le bienfaiteur (protecteur; mécène; patron; patronne; protectrice)
de mecenas; de beschermheer
- mecenas [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- beschermheer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
le bienfaiteur
de weldoener
- weldoener [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
begunstiger	bienfaiteur; donateur; donneur; mécène; patron; protecteur
beschermheer	bienfaiteur; mécène; patron; patronne; protecteur; protectrice
donateur	bienfaiteur; donateur; donneur; mécène; patron; protecteur
mecenas	bienfaiteur; mécène; patron; patronne; protecteur; protectrice
schenker	bienfaiteur; donateur; donneur; mécène; patron; protecteur
weldoener	bienfaiteur

bienfaiteur

noun

Celui, celle qui a fait quelque bien, qui a rendre quelque service ou accordé quelque grâce.
- bienfaiteur → weldoener