Frans
Uitgebreide vertaling voor badin (Frans) in het Nederlands
badin:
-
badin (insouciant; sans souci; tranquille; impassible; tranquillement; ludique; frivole; folâtre; joueur; avec insouciance)
zorgeloos; luchthartig; gerust; onbesuisd; onbezorgd; onbekommerd-
zorgeloos bijvoeglijk naamwoord
-
luchthartig bijvoeglijk naamwoord
-
gerust bijvoeglijk naamwoord
-
onbesuisd bijvoeglijk naamwoord
-
onbezorgd bijvoeglijk naamwoord
-
onbekommerd bijvoeglijk naamwoord
-
-
badin (d'un ton railleur)
schertsend-
schertsend bijvoeglijk naamwoord
-
-
badin (frivole)
lichthartig-
lichthartig bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor badin:
Synoniemen voor "badin":
Wiktionary: badin
badin
noun
-
meter die de snelheid meet van de lucht (luchtvaart)