Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. architecte:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor architecte (Frans) in het Nederlands

architecte:

architecte [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'architecte
    de architect; de bouwmeester
  2. l'architecte
    de architect
  3. l'architecte
    architecte
  4. l'architecte (faiseur; auteur; constructeur; fabricant)
    de auteur; de maker; de schepper; de voortbrenger
    • auteur [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • maker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • schepper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • voortbrenger [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  5. l'architecte (créateur; faiseur; auteur; )
    creator; de maker; de schepper
    • creator [znw.] zelfstandig naamwoord
    • maker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • schepper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor architecte:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
architect architecte
architecte architecte
auteur architecte; auteur; constructeur; fabricant; faiseur auteur; créateur; femme de lettres; femme écrivain; poète; romancier; écrivain
bouwmeester architecte
creator architecte; auteur; constructeur; créateur; fabricant; faiseur; inventeur créatrice
maker architecte; auteur; constructeur; créateur; fabricant; faiseur; inventeur inventeur
schepper architecte; auteur; constructeur; créateur; fabricant; faiseur; inventeur Créateur; Dieu; bêche; pelle; sceau à puiser; seau; spatule
voortbrenger architecte; auteur; constructeur; fabricant; faiseur

Synoniemen voor "architecte":


Wiktionary: architecte

architecte architecte
noun
  1. iemand die gebouwen ontwerpt

Cross Translation:
FromToVia
architecte bouwmeester; architect architect — designer of buildings

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van architecte