Agent in het Nederlands vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

agent:
- politieagent; konstabel; agent; gerechtsdienaar; diender; verwekker; geheim agent; politiespion
Wiktionary:
- agent → bedrijver, agent, politieagent, smeris, dealer, vertegenwoordiger
- agent → agent, vertegenwoordiger, tussenpersoon

Frans

Uitgebreide vertaling voor agent (Frans) in het Nederlands

l'agent (agent de police; policier; représentant de la loi; gardien de la paix; gardien de l'ordre)
de politieagent; de konstabel; de agent; de gerechtsdienaar; de diender
- politieagent [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- konstabel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- agent [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- gerechtsdienaar [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- diender [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
l'agent (géniteur; auteur; procréateur)
de verwekker
- verwekker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
l'agent (agent secret; espion)
geheim agent; politiespion
- geheim agent [znw.] zelfstandig naamwoord
- politiespion [znw.] zelfstandig naamwoord
l'agent
de agent
- agent [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
agent	agent; agent de police; gardien de l'ordre; gardien de la paix; policier; représentant de la loi
diender	agent; agent de police; gardien de l'ordre; gardien de la paix; policier; représentant de la loi
geheim agent	agent; agent secret; espion
gerechtsdienaar	agent; agent de police; gardien de l'ordre; gardien de la paix; policier; représentant de la loi
konstabel	agent; agent de police; gardien de l'ordre; gardien de la paix; policier; représentant de la loi	chef de pièce
politieagent	agent; agent de police; gardien de l'ordre; gardien de la paix; policier; représentant de la loi	agent de police; policier
politiespion	agent; agent secret; espion
verwekker	agent; auteur; géniteur; procréateur
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	téléopérateur

agent

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• agent	→ agent; vertegenwoordiger; tussenpersoon	↔ agent — one who acts in place of another