Agenda in het Nederlands vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

agenda:
- agenda; zakagenda; notitieboekje; zakboekje; aantekenboekje; planning
Wiktionary:
- agenda → agenda, schoolagenda
- agenda → agenda, schema, kalender

Frans

Uitgebreide vertaling voor agenda (Frans) in het Nederlands

l'agenda (agenda de poche; journal; carnet)
de agenda; de zakagenda
- agenda [de ~] zelfstandig naamwoord
- zakagenda [de ~] zelfstandig naamwoord
l'agenda (carnet de notes; carnet; calepin; livret)
het notitieboekje; het zakboekje; het aantekenboekje
- notitieboekje [het ~] zelfstandig naamwoord
- zakboekje [het ~] zelfstandig naamwoord
- aantekenboekje [het ~] zelfstandig naamwoord
l'agenda (planification)
de planning
- planning [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
l'agenda
de agenda
- agenda [de ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aantekenboekje	agenda; calepin; carnet; carnet de notes; livret
agenda	agenda; agenda de poche; carnet; journal	calendrier; ordre du jour; programme de calendrier
notitieboekje	agenda; calepin; carnet; carnet de notes; livret
planning	agenda; planification	planification
zakagenda	agenda; agenda de poche; carnet; journal	agenda de poche
zakboekje	agenda; calepin; carnet; carnet de notes; livret	calepin; carnet

agenda

noun

livret sur lequel on note les choses qu’on se proposer de faire.
- agenda → agenda

agenda

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• agenda	→ agenda; schema; kalender	↔ calendar — a list of planned events