Affection in het Nederlands vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

affection:
- liefde; genegenheid; innigheid; slepende ziekte; stoornis; kwaal; inclinatie; toegenegenheid; valsheid; onechtheid
Wiktionary:
- affection → genegenheid

Frans

Uitgebreide vertaling voor affection (Frans) in het Nederlands

l'affection (amour; tendresse)
de liefde; de genegenheid; de innigheid
- liefde [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- genegenheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- innigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
l'affection (maladie chronique; désagrément; inconvénient)
slepende ziekte; de stoornis; de kwaal
- slepende ziekte [znw.] zelfstandig naamwoord
- stoornis [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- kwaal [de ~] zelfstandig naamwoord
l'affection (inclinaison)
de inclinatie; de genegenheid
- inclinatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- genegenheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
l'affection (inclination)
de genegenheid; de toegenegenheid
- genegenheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- toegenegenheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
l'affection (fausseté; tricherie; escroquerie; tromperie; perfidie; duperie; sournoiserie; dénaturation; illégitimité; manque de sincérité)
de valsheid; de onechtheid
- valsheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- onechtheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
genegenheid	affection; amour; inclinaison; inclination; tendresse	ambition; application; ardeur; assiduité; attachement; caractère passionné; consécration; dévouement; fougue; passion; sollicitude
inclinatie	affection; inclinaison	caractère; convoitise; disposition; désir; goût pour; inclination; nature; paroi; penchant; prédilection; préférence; sympathies; tempérament; tendance
innigheid	affection; amour; tendresse	douceur; intimité; passion; tendresse
kwaal	affection; désagrément; inconvénient; maladie chronique
liefde	affection; amour; tendresse
onechtheid	affection; duperie; dénaturation; escroquerie; fausseté; illégitimité; manque de sincérité; perfidie; sournoiserie; tricherie; tromperie
slepende ziekte	affection; désagrément; inconvénient; maladie chronique
stoornis	affection; désagrément; inconvénient; maladie chronique	désordre; interruption
toegenegenheid	affection; inclination
valsheid	affection; duperie; dénaturation; escroquerie; fausseté; illégitimité; manque de sincérité; perfidie; sournoiserie; tricherie; tromperie	déloyauté; fausseté; tour de fourberie

affection

noun