Affaires in het Nederlands vertaald uit het Frans

Remove Ads

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

affaires:
- dingen; spullen; zaakjes; zaken; goedje; waar; aangelegenheden; affaires; bezigheden; bezigheid; bezittingen; eigendommen; commercie; handel; geprakkizeer; gepieker; gepeins
Wiktionary:
- affaires → utensiliën, gebruiksvoorwerp

Frans

Uitgebreide vertaling voor affaires (Frans) in het Nederlands

affaires:

affaires [la ~] zelfstandig naamwoord

l'affaires (choses; trucs; biens)
de dingen; de spullen; de zaakjes; de zaken; het goedje; de waar
- dingen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- spullen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- zaakjes [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- zaken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- goedje [het ~] zelfstandig naamwoord
- waar [de ~] zelfstandig naamwoord
l'affaires (commerces; activités; histoires)
de zaken; de aangelegenheden; de affaires
- zaken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- aangelegenheden [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- affaires [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
l'affaires (activités)
de bezigheden
- bezigheden [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
l'affaires (occupation; activité; occupations; métier; profession; activités; emploi; affaire; commerce; fonction)
de bezigheid
- bezigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
l'affaires (possessions; propriétés; biens)
de bezittingen; de eigendommen
- bezittingen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- eigendommen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
l'affaires (négoce; commerce; marchandise; trafic; échange)
de commercie; de handel
- commercie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- handel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
l'affaires (tracas; soucis)
geprakkizeer; het gepieker; het gepeins
- geprakkizeer [znw.] zelfstandig naamwoord
- gepieker [het ~] zelfstandig naamwoord
- gepeins [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor affaires:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aangelegenheden	activités; affaires; commerces; histoires
affaires	activités; affaires; commerces; histoires
bezigheden	activités; affaires
bezigheid	activité; activités; affaire; affaires; commerce; emploi; fonction; métier; occupation; occupations; profession	activité; affairement; boulot; emploi; fonction; hobby; job; labeur; passe-temps; travail
bezittingen	affaires; biens; possessions; propriétés	bien; biens; possession; propriété; propriétés
commercie	affaires; commerce; marchandise; négoce; trafic; échange
dingen	affaires; biens; choses; trucs
eigendommen	affaires; biens; possessions; propriétés
gepeins	affaires; soucis; tracas	considération; contemplation; méditation; réflexion; réflexions; rêverie; rêves éveillés
gepieker	affaires; soucis; tracas
geprakkizeer	affaires; soucis; tracas
goedje	affaires; biens; choses; trucs	chose; substance; truc
handel	affaires; commerce; marchandise; négoce; trafic; échange	commerce; commerce des marchandises; entreprise; entreprise de détail; marchandise; marché; métier; négoce; poignée; trafic; échange
spullen	affaires; biens; choses; trucs
waar	affaires; biens; choses; trucs	articles; biens; marchandise; marchandises
zaakjes	affaires; biens; choses; trucs
zaken	activités; affaires; biens; choses; commerces; histoires; trucs
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dingen		marchander
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
waar		corect; effectivement; en effet; en réalité; en vérité; exact; franc; franchement; juste; justement; réelle; réellement; sincère; vrai; vraiment; véridique; véridiquement; véritable; véritablement
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
waar		où

Synoniemen voor "affaires":

commerces; entreprises; firmes; industries; sociétés; usines; bizness; business; finance; argent; vêtement; habit; costume; accoutrement; toilette; tenue; mise; uniforme; défroque; effets; haillon

Wiktionary: affaires

Cross Translation:

From	To	Via
• affaires	→ utensiliën; gebruiksvoorwerp	↔ Utensil — meist Plural: Gegenstand, den man für einen bestimmten Zweck benützt

Verwante vertalingen van affaires

Remove Ads

Vertaal affaires van Frans naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor affaires (Frans) in het Nederlands

affaires:

affaires [la ~] zelfstandig naamwoord

l'affaires (choses; trucs; biens)

l'affaires (commerces; activités; histoires)

l'affaires (activités)

l'affaires (occupation; activité; occupations; métier; profession; activités; emploi; affaire; commerce; fonction)

l'affaires (possessions; propriétés; biens)

l'affaires (négoce; commerce; marchandise; trafic; échange)

l'affaires (tracas; soucis)

Vertaal Matrix voor affaires:

Synoniemen voor "affaires":

Wiktionary: affaires

Verwante vertalingen van affaires