Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. aïeux:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor aïeux (Frans) in het Nederlands

aïeux:

aïeux [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'aïeux (grands-parents)
    de grootouders
  2. l'aïeux (ancêtres)
    hoofden van het geslacht

Vertaal Matrix voor aïeux:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grootouders aïeux; grands-parents
hoofden van het geslacht ancêtres; aïeux

Synoniemen voor "aïeux":


Wiktionary: aïeux

aïeux
noun
  1. Pluriel de aïeul : tous ceux de qui l’on descendre.

Cross Translation:
FromToVia
aïeux vorzaat; voorvader; stamvader Ahngehoben, meist Plural: Vorfahr, (Plural) Vorfahren einer Gruppe oder eines Volkes