Home ->Woordenboeken ->Frans/Nederlands ->Vertaal écueil

Vertaal écueil van Frans naar Nederlands

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

écueil:
- rif; scheer; klip; uitstekende rots; frivoliteit; oppervlakkigheid; hupsheid; ondiepte; lichtzinnigheid
Wiktionary:
- écueil → klip, rif, valkuil, klif
- écueil → rif

Frans

Uitgebreide vertaling voor écueil (Frans) in het Nederlands

écueil:

écueil [le ~] zelfstandig naamwoord

l'écueil (falaise; récif)
het rif; de scheer; de klip; uitstekende rots
- rif [het ~] zelfstandig naamwoord
- scheer [de ~] zelfstandig naamwoord
- klip [de ~] zelfstandig naamwoord
- uitstekende rots [znw.] zelfstandig naamwoord
l'écueil (légèreté; gaieté; imprudence; joie; entrain; récif; ostentation; témérité; brièveté; frivolité; jovialité; enjouement; inexactitude; humeur joyeuse; caractère superficiel; manque de profondeur)
de frivoliteit; de oppervlakkigheid; hupsheid; de ondiepte; de lichtzinnigheid
- frivoliteit [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- oppervlakkigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- hupsheid [znw.] zelfstandig naamwoord
- ondiepte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- lichtzinnigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor écueil:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
frivoliteit	brièveté; caractère superficiel; enjouement; entrain; frivolité; gaieté; humeur joyeuse; imprudence; inexactitude; joie; jovialité; légèreté; manque de profondeur; ostentation; récif; témérité; écueil
hupsheid	brièveté; caractère superficiel; enjouement; entrain; frivolité; gaieté; humeur joyeuse; imprudence; inexactitude; joie; jovialité; légèreté; manque de profondeur; ostentation; récif; témérité; écueil	enjouement; entrain; gaieté; humeur joyeuse; joie; jovialité
klip	falaise; récif; écueil	empêchement; encombrement; entrave; gêne; obstacle; obstruction
lichtzinnigheid	brièveté; caractère superficiel; enjouement; entrain; frivolité; gaieté; humeur joyeuse; imprudence; inexactitude; joie; jovialité; légèreté; manque de profondeur; ostentation; récif; témérité; écueil
ondiepte	brièveté; caractère superficiel; enjouement; entrain; frivolité; gaieté; humeur joyeuse; imprudence; inexactitude; joie; jovialité; légèreté; manque de profondeur; ostentation; récif; témérité; écueil
oppervlakkigheid	brièveté; caractère superficiel; enjouement; entrain; frivolité; gaieté; humeur joyeuse; imprudence; inexactitude; joie; jovialité; légèreté; manque de profondeur; ostentation; récif; témérité; écueil
rif	falaise; récif; écueil
scheer	falaise; récif; écueil
uitstekende rots	falaise; récif; écueil

Synoniemen voor "écueil":

accore; étai; récif; brisant; roc; inconvénient; incommodité; importunité; désagrément; embarras; ennui; défaut; désavantage; empêchement; obstacle; objection; risque; danger; haut-fond; roche; rocher; caillou; caillasse; bloc

Wiktionary: écueil

écueil

noun

Rocher ou autre obstacle naturel en mer
- écueil → klip; rif
Choses dangereuses pour la vertu
- écueil → valkuil
Obstacle au sens figuré
- écueil → klip

écueil

noun

steile hoge rots
- klif → falaise; écueil

Cross Translation:

From	To	Via
• écueil	→ rif	↔ Riff — meist lang gestreckte, oft auch reihenartige, felsenartige oder sandbankartige Aufragung des Meeresgrundes, welches sich mit seiner höchsten Stelle je nach mittlerem Wasserstand kurz unterhalb, teilweise unter- und oberhalb oder kurz oberhalb desselben befindet
• écueil	→ rif	↔ reef — rocks at or near surface of the water

Verwante vertalingen van écueil

comme un écueil