Overzicht
Frans naar Nederlands: Meer gegevens...
- sein:
- Wiktionary:
Nederlands naar Frans: Meer gegevens...
- sein:
- seinen:
- Wiktionary:
Frans
Uitgebreide vertaling voor sein (Frans) in het Nederlands
sein:
Vertaal Matrix voor sein:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
moederschoot | giron; sein | |
schoot | giron; sein | bouture; glissière; utérus |
tiet | buste; buste féminin; gorge; nichon; néné; poitrine; sein; téton | |
vrouwenborst | buste; buste féminin; gorge; nichon; néné; poitrine; sein; téton | |
Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
schoot | giron |
Synoniemen voor "sein":
Verwante vertalingen van sein
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor sein (Nederlands) in het Frans
sein:
Vertaal Matrix voor sein:
Verwante woorden van "sein":
seinen:
-
seinen (signalen geven)
signaler; câbler; télégraphier; faire des signaux-
signaler werkwoord (signale, signales, signalons, signalez, signalent, signalais, signalait, signalions, signaliez, signalaient, signalai, signalas, signala, signalâmes, signalâtes, signalèrent, signalerai, signaleras, signalera, signalerons, signalerez, signaleront)
-
câbler werkwoord (câble, câbles, câblons, câblez, câblent, câblais, câblait, câblions, câbliez, câblaient, câblai, câblas, câbla, câblâmes, câblâtes, câblèrent, câblerai, câbleras, câblera, câblerons, câblerez, câbleront)
-
télégraphier werkwoord (télégraphie, télégraphies, télégraphions, télégraphiez, télégraphient, télégraphiais, télégraphiait, télégraphiions, télégraphiiez, télégraphiaient, télégraphiai, télégraphias, télégraphia, télégraphiâmes, télégraphiâtes, télégraphièrent, télégraphierai, télégraphieras, télégraphiera, télégraphierons, télégraphierez, télégraphieront)
-
faire des signaux werkwoord
-
Conjugations for seinen:
o.t.t.
- sein
- seint
- seint
- seinen
- seinen
- seinen
o.v.t.
- seinde
- seinde
- seinde
- seinden
- seinden
- seinden
v.t.t.
- heb geseind
- hebt geseind
- heeft geseind
- hebben geseind
- hebben geseind
- hebben geseind
v.v.t.
- had geseind
- had geseind
- had geseind
- hadden geseind
- hadden geseind
- hadden geseind
o.t.t.t.
- zal seinen
- zult seinen
- zal seinen
- zullen seinen
- zullen seinen
- zullen seinen
o.v.t.t.
- zou seinen
- zou seinen
- zou seinen
- zouden seinen
- zouden seinen
- zouden seinen
en verder
- ben geseind
- bent geseind
- is geseind
- zijn geseind
- zijn geseind
- zijn geseind
diversen
- sein!
- seint!
- geseind
- seinend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor seinen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
câbler | seinen; signalen geven | bekabelen; telegraferen |
faire des signaux | seinen; signalen geven | |
signaler | seinen; signalen geven | aanduiden; aangeven; attenderen; bemerken; bijzetten; gewaarworden; iets aankondigen; iets aanwijzen; indiceren; merken; neerzetten; opmerken; plaatsen; signaleren; waarnemen; wijzen; zetten |
télégraphier | seinen; signalen geven | telegraferen |