Home ->Woordenboeken ->Frans/Nederlands ->Zoek: cigarette

Franse en Nederlandse zoekresultaten voor: cigarette

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

cigarette:
- sigaret; stinkstok; peuk
Wiktionary:
- cigarette → sigaret, saffiaantje
- cigarette → saffiaantje, sigaret, peuk

Frans

Uitgebreide vertaling voor cigarette (Frans) in het Nederlands

cigarette:

cigarette [la ~] zelfstandig naamwoord

la cigarette (clope; mégot; sèche)
de sigaret; de stinkstok; de peuk
- sigaret [de ~] zelfstandig naamwoord
- stinkstok [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- peuk [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor cigarette:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
peuk	cigarette; clope; mégot; sèche	clope; mégot
sigaret	cigarette; clope; mégot; sèche
stinkstok	cigarette; clope; mégot; sèche

Synoniemen voor "cigarette":

joint; ajusté; attrapé; mégot; clope; sèche; tabac; pétun; nicotine; havane; caporal; gris; cigare; pipe; chique; prise

Wiktionary: cigarette

cigarette

noun

Petit cylindre de tabac finement haché entouré d'une feuille de papier fin, que l'on fume.
- cigarette → sigaret; saffiaantje

cigarette

noun

in papier gerolde tabak
- sigaret → cigarette

Cross Translation:

From	To	Via
• cigarette	→ saffiaantje; sigaret	↔ cigarette — cigarette
• cigarette	→ peuk; sigaret	↔ Kippe — umgangssprachlich: Zigarettenstummel, auch für Zigarette
• cigarette	→ sigaret	↔ Zigarette — rauchbares, in Papier gedrehtes Tabakprodukt

Verwante vertalingen van cigarette