Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. circulation:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor circulation (Frans) in het Nederlands

circulation:

circulation [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la circulation (transport sur voies publiques; transport publique; trafic)
    het verkeer; vervoer over openbare wegen
  2. la circulation
    de circulatie; de omloop; rouleren; de roulatie
    • circulatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • omloop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • rouleren [znw.] zelfstandig naamwoord
    • roulatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  3. la circulation (flux; écoulement)
    de stromen
    • stromen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
  4. la circulation (validité générale; cours)
    de algemeenheid; gebruikelijkheid; de gangbaarheid

Vertaal Matrix voor circulation:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
algemeenheid circulation; cours; validité générale
circulatie circulation
gangbaarheid circulation; cours; validité générale
gebruikelijkheid circulation; cours; validité générale
omloop circulation balade; excursion à pied; petit tour; promenade; randonnée; randonnée à pied; tour; trotte; voyage à pied
roulatie circulation
rouleren circulation
stromen circulation; flux; écoulement
verkeer circulation; trafic; transport publique; transport sur voies publiques coït; trafic; union charnelle; union sexuelle
vervoer over openbare wegen circulation; trafic; transport publique; transport sur voies publiques
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rouleren circuler; être en circulation
stromen couler; s'écouler

Synoniemen voor "circulation":


Wiktionary: circulation

circulation
noun
  1. (medisch, nld) (bloeds)omloop
  2. het geheel van verplaatsingen waarbij goederen of personen vervoerd worden

Cross Translation:
FromToVia
circulation verkeer traffic — pedestrians or vehicles on roads or on the air

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van circulation