Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. péter:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. peter:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor péter (Frans) in het Nederlands

péter:

péter werkwoord (pète, pètes, pétons, pétez, )

  1. péter (exploser; crever; éclater; )
    ontploffen; uit elkaar spatten; springen; uit elkaar springen; ploffen
    • ontploffen werkwoord (ontplof, ontploft, ontplofte, ontploften, ontploft)
    • uit elkaar spatten werkwoord (spat uit elkaar, spatte uit elkaar, spatten uit elkaar, uit elkaar gespat)
    • springen werkwoord (spring, springt, sprong, sprongen, gesprongen)
    • uit elkaar springen werkwoord (spring uit elkaar, springt uit elkaar, sprong uit elkaar, sprongen uit elkaar, uit elkaar gesprongen)
    • ploffen werkwoord (plof, ploft, plofte, ploften, geploft)

Conjugations for péter:

Présent
  1. pète
  2. pètes
  3. pète
  4. pétons
  5. pétez
  6. pètent
imparfait
  1. pétais
  2. pétais
  3. pétait
  4. pétions
  5. pétiez
  6. pétaient
passé simple
  1. pétai
  2. pétas
  3. péta
  4. pétâmes
  5. pétâtes
  6. pétèrent
futur simple
  1. péterai
  2. péteras
  3. pétera
  4. péterons
  5. péterez
  6. péteront
subjonctif présent
  1. que je pète
  2. que tu pètes
  3. qu'il pète
  4. que nous pétions
  5. que vous pétiez
  6. qu'ils pètent
conditionnel présent
  1. péterais
  2. péterais
  3. péterait
  4. péterions
  5. péteriez
  6. péteraient
passé composé
  1. ai pété
  2. as pété
  3. a pété
  4. avons pété
  5. avez pété
  6. ont pété
divers
  1. pète!
  2. pétez!
  3. pétons!
  4. pété
  5. pétant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Vertaal Matrix voor péter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ploffen boums; poufs
springen saut à terre
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ontploffen crevasser; crever; exploder; exploser; faire explosion; fendre; péter; se fendre; se fissurer; se fêler; se gercer; éclater; éclater en morceaux exploder; exploser; éclater
ploffen crevasser; crever; exploder; exploser; faire explosion; fendre; péter; se fendre; se fissurer; se fêler; se gercer; éclater; éclater en morceaux s'écraser; tomber avec un bruit sourd; tomber avec un plouf; éclater
springen crevasser; crever; exploder; exploser; faire explosion; fendre; péter; se fendre; se fissurer; se fêler; se gercer; éclater; éclater en morceaux bondir; exploder; exploser; faire un bond; sauter; sauter en l'air; éclater
uit elkaar spatten crevasser; crever; exploder; exploser; faire explosion; fendre; péter; se fendre; se fissurer; se fêler; se gercer; éclater; éclater en morceaux exploder; exploser; éclater
uit elkaar springen crevasser; crever; exploder; exploser; faire explosion; fendre; péter; se fendre; se fissurer; se fêler; se gercer; éclater; éclater en morceaux exploder; exploser; éclater

Wiktionary: péter

péter
verb
  1. faire un pet
  2. Se casser, se briser en faisant un bruit
  3. Sens figuré : exploser
péter
verb
  1. een hard geluid of knal geven

Cross Translation:
FromToVia
péter protten fart — to emit flatulent gases



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor péter (Nederlands) in het Frans

peter:

peter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de peter (peetoom; peetvader)
    le parrain
    • parrain [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor peter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
parrain peetoom; peetvader; peter baas; begeleider; chef; gids; hoofd; leidsman; loods; meerdere; meester; patroon; superieur

Verwante woorden van "peter":

  • peters, petertje, petertjes

Wiktionary: peter

peter
Cross Translation:
FromToVia
peter parrain godfather — man present at the christening of a baby who promises to help raise the child in a Christian manner