Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor dont (Frans) in het Nederlands

dont:

dont bijvoeglijk naamwoord

  1. dont (desquels; de quoi; duquel; )
    waarvan
  2. dont (parmi lesquels; parmi lesquelles)
    waaronder
  3. dont (de qui)
    wiens
    • wiens bijvoeglijk naamwoord
  4. dont (duquel; de laquelle; desquels)
    wier; welker
    • wier bijvoeglijk naamwoord
    • welker bijvoeglijk naamwoord
  5. dont (d'où; de quoi)
    waaruit
  6. dont (parmi lesquels; entre quoi; entre; )

Vertaal Matrix voor dont:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
wier algue; algue marine
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
waaronder dont; parmi lesquelles; parmi lesquels
waartussen d'où; de laquelle; de quoi; desquelles; desquels; dont; duquel; entre; entre quoi; parmi lesquelles; parmi lesquels
waaruit d'où; de quoi; dont
waarvan d'où; de laquelle; de quoi; desquelles; desquels; dont; duquel
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
welker de laquelle; desquels; dont; duquel
wiens de qui; dont
wier de laquelle; desquels; dont; duquel

Synoniemen voor "dont":


Wiktionary: dont

dont
  1. De qui, de quoi, duquel, de laquelle, desquels, desquelles.

Cross Translation:
FromToVia
dont met inbegrip van including — Such as, among which
dont waarvan whereof — of what; of which; of whom
dont van wie; wiens; wier whose — of whom (relative)
dont waarvan whose — of which (relative)

Verwante vertalingen van dont