Frans

Uitgebreide vertaling voor accumulation (Frans) in het Nederlands

accumulation:

accumulation [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'accumulation (cumul; pile; collection; entassement)
    de verzameling; de accumulatie; de opeenhoping; de sortering; de massa; het stel; de selectie; de ophoping
  2. l'accumulation (entassement; pile; tas; )
    de accumulatie; de opeenhoping; de stapel; de ophoping; de hoop; de opeenstapeling
  3. l'accumulation (entassement; cumul)
    opstapelen; cumuleren; opeenhopen
  4. l'accumulation (entassement)
    stapelen; ophopen
    • stapelen [znw.] zelfstandig naamwoord
    • ophopen [znw.] zelfstandig naamwoord
  5. l'accumulation (attroupement; bande; clique; rassemblement; troupe)
    de accumulatie; de groep; de bende; de samenscholing; de troep; de hoop
    • accumulatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • groep [de ~] zelfstandig naamwoord
    • bende [de ~] zelfstandig naamwoord
    • samenscholing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • troep [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • hoop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor accumulation:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
accumulatie accumulation; assemblage; attroupement; bande; clique; collection; cumul; entassement; masse; pile; quantité; ramas; rassemblement; tas; troupe
bende accumulation; attroupement; bande; clique; rassemblement; troupe bande; bazar; bordel; chahut; clan; clique; cumul; des tas de gens; désordre; encombrement; entassement; fouillis; foule; foutoir; grand nombre de personnes; grande quantité de personnes; horde; masse; meute; multitude de gens; pagaille; tas de décombres; troupe
cumuleren accumulation; cumul; entassement
groep accumulation; attroupement; bande; clique; rassemblement; troupe compagnie; compagnie théâtrale; groupe; groupe de distribution; groupe de théâatre; groupement; liste de distribution; société; troupe de théâtre; troupe théâtrale
hoop accumulation; assemblage; attroupement; bande; clique; cumul; entassement; masse; pile; quantité; ramas; rassemblement; tas; troupe abondance; amas; amoncellement; anticipation; attente; crotte; cumul; des tas de gens; encombrement; entassement; espoir; espérance; excréments; foule; grand nombre de personnes; grande quantité; grande quantité de personnes; horde; masse; merde; meute; monceau; montagne; motte; multitude; multitude de gens; perspective; pile; profusion; tas; troupe; étron
massa accumulation; collection; cumul; entassement; pile abondance; affluence; amas; cohue; des tas de gens; foule; grand nombre de gens; grand nombre de personnes; grande quantité; grande quantité de personnes; horde; masse; meute; monde; multitude; multitude de gens; profusion; tas; troupe
opeenhopen accumulation; cumul; entassement
opeenhoping accumulation; assemblage; collection; cumul; entassement; masse; pile; quantité; ramas; rassemblement; tas agglomération; cité; conglomérat; cumul; encombrement; entassement
opeenstapeling accumulation; assemblage; cumul; entassement; masse; pile; quantité; ramas; rassemblement; tas amoncellement; entassement; monceau; montagne; pile; tas
ophopen accumulation; entassement rehaussement à l'aide de terre
ophoping accumulation; assemblage; collection; cumul; entassement; masse; pile; quantité; ramas; rassemblement; tas
opstapelen accumulation; cumul; entassement
samenscholing accumulation; attroupement; bande; clique; rassemblement; troupe
selectie accumulation; collection; cumul; entassement; pile anthologie; assortiment; choix; florilège; morceaux choisis; recueil de morceaux choisis; sélection; élection
sortering accumulation; collection; cumul; entassement; pile assortiment; choix; classement; sélection; éventail
stapel accumulation; assemblage; cumul; entassement; masse; pile; quantité; ramas; rassemblement; tas amoncellement; entassement; jeu; monceau; montagne; pile; tas
stapelen accumulation; entassement
stel accumulation; collection; cumul; entassement; pile bande; brelan; brochette; couple; deux; ensemble; groupe paire; paire
troep accumulation; attroupement; bande; clique; rassemblement; troupe affluence; bande; barbouillage; bazar; bibine; bordel; bousillage; chahut; chaos; charogne; cochonnerie; désordre; fatras; fouillis; foule; foutoir; grand nombre de gens; gribouillage; masse; meute; multitude de gens; pagaille; pagaïe; pagaïlle; piquette; pourriture; ramassis; rinçure; saleté; tas de décombres; troupe
verzameling accumulation; collection; cumul; entassement; pile collection; compilation; recueil
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cumuleren cumuler
groep groupe
opeenhopen accumuler; amasser; amonceler; collectionner; conserver; cueillir; cumuler; empiler; entasser; faire des économies; ramasser; rassembler; recueillir; superposer; économiser; épargner
ophopen empiler; refouler
opstapelen accumuler; amasser; amonceler; empiler; entasser; refouler; superposer
stapelen accumuler; amasser; amonceler; empiler; entasser; superposer

Synoniemen voor "accumulation":


Wiktionary: accumulation

accumulation
noun
  1. action d’accumuler, en parlant des choses physiques et les choses morales.
accumulation
noun
  1. ophoping van stoffen