Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. cheval:
  2. à cheval:
  3. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor cheval (Frans) in het Nederlands

cheval:

cheval [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le cheval (canasson; rosse)
    de paard; de knol
    • paard [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • knol [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. le cheval (cavalier; chevalier)
    de ridder
    • ridder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. le cheval (cavalerie; chevalier; cavalier)
    de cavalerie; de ruiterij; ruitervolk

Vertaal Matrix voor cheval:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cavalerie cavalerie; cavalier; cheval; chevalier
knol canasson; cheval; rosse
paard canasson; cheval; rosse
ridder cavalier; cheval; chevalier
ruiterij cavalerie; cavalier; cheval; chevalier
ruitervolk cavalerie; cavalier; cheval; chevalier

Synoniemen voor "cheval":


Wiktionary: cheval

cheval
noun
  1. Grand mammifère

Cross Translation:
FromToVia
cheval ros; paard horse — members of the species Equus ferus
cheval paard PferdZoologie: ein Haustier, Nutztier und Reittier, das Hauspferd

à cheval:

à cheval bijvoeglijk naamwoord

  1. à cheval (à califourchon; les jambes écartées)
    schrijlings; wijdbeens

Vertaal Matrix voor à cheval:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
schrijlings les jambes écartées; à califourchon; à cheval
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
wijdbeens les jambes écartées; à califourchon; à cheval

Verwante vertalingen van cheval