Overzicht
Frans naar Nederlands: Meer gegevens...
- actualiser:
-
Wiktionary:
- actualiser → bijwerken, updaten
- actualiser → bijwerken, op punt stellen
Frans
Uitgebreide vertaling voor actualiser (Frans) in het Nederlands
actualiser:
actualiser werkwoord (actualise, actualises, actualisons, actualisez, actualisent, actualisais, actualisait, actualisions, actualisiez, actualisaient, actualisai, actualisas, actualisa, actualisâmes, actualisâtes, actualisèrent, actualiserai, actualiseras, actualisera, actualiserons, actualiserez, actualiseront)
-
actualiser (mettre à jour)
-
actualiser
-
actualiser
Conjugations for actualiser:
Présent
- actualise
- actualises
- actualise
- actualisons
- actualisez
- actualisent
imparfait
- actualisais
- actualisais
- actualisait
- actualisions
- actualisiez
- actualisaient
passé simple
- actualisai
- actualisas
- actualisa
- actualisâmes
- actualisâtes
- actualisèrent
futur simple
- actualiserai
- actualiseras
- actualisera
- actualiserons
- actualiserez
- actualiseront
subjonctif présent
- que j'actualise
- que tu actualises
- qu'il actualise
- que nous actualisions
- que vous actualisiez
- qu'ils actualisent
conditionnel présent
- actualiserais
- actualiserais
- actualiserait
- actualiserions
- actualiseriez
- actualiseraient
passé composé
- ai actualisé
- as actualisé
- a actualisé
- avons actualisé
- avez actualisé
- ont actualisé
divers
- actualise!
- actualisez!
- actualisons!
- actualisé
- actualisant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles
Vertaal Matrix voor actualiser:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bijwerken | actualiser; mettre à jour | aller mieux; améliorer; mettre à jour; parachever; perfectionner; renouer; renouveler; retaper; retoucher; revitaliser; régénérer; rénover |
query opnieuw uitvoeren | actualiser | |
updaten | actualiser; mettre à jour | |
vernieuwen | actualiser | changer; innover; remettre; remettre en place; remettre en état; remplacer; renouveler; replacer; rénover; réparer; rétablir; se substituer à |
Synoniemen voor "actualiser":
Wiktionary: actualiser
actualiser
Cross Translation:
verb
-
(overgankelijk) zorgen dat alle veranderingen die inmiddels nodig geworden waren doorgevoerd zijn
-
informatica|nld actueler maken
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• actualiser | → bijwerken; op punt stellen | ↔ update — to make something up to date |
Computer vertaling door derden: