Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. doublure:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor doublure (Frans) in het Nederlands

doublure:

doublure [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la doublure (doublure en étoffe; coiffe; doublure d'étoffe)
    de voering; de binnenbekleding

Vertaal Matrix voor doublure:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
binnenbekleding coiffe; doublure; doublure d'étoffe; doublure en étoffe
voering coiffe; doublure; doublure d'étoffe; doublure en étoffe alimentation; nutrition

Synoniemen voor "doublure":


Wiktionary: doublure

doublure
noun
  1. de binnenbekleding van een voorwerp

Verwante vertalingen van doublure