Home ->Woordenboeken ->Frans/Nederlands ->Zoek: tablier

Franse en Nederlandse zoekresultaten voor: tablier

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

tablier:
- schort; voorschoot; sloof; werkschort; schortje
Wiktionary:
- tablier → schort, voorschoot, brugdek, speelbord, val
- tablier → schort, overgooier

Frans

Uitgebreide vertaling voor tablier (Frans) in het Nederlands

tablier:

tablier [le ~] zelfstandig naamwoord

le tablier
de schort; de voorschoot; de sloof; werkschort; het schortje
- schort [de ~] zelfstandig naamwoord
- voorschoot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- sloof [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- werkschort [znw.] zelfstandig naamwoord
- schortje [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tablier:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
schort	tablier
schortje	tablier
sloof	tablier	bonne; bonne à tout faire; esclave de ménage
voorschoot	tablier
werkschort	tablier

Synoniemen voor "tablier":

blouse; vareuse; chemisier; blouson; bourgeron; sarrau; corsage; marinière; échiquier; damier; surtout; plastron

Wiktionary: tablier

tablier

noun

Pièce de toile que l’on met sur les habits pour les préserver tout en travaillant.
- tablier → schort; voorschoot
Plate-forme, plancher d’un pont.
- tablier → brugdek
Plateau de jeu de pions et plus particulièrement du jeu de trictrac.
- tablier → speelbord

tablier

noun

beweegbare vloer van een ophaalbrug
- val → tablier

Cross Translation:

From	To	Via
• tablier	→ schort	↔ apron — clothing
• tablier	→ overgooier	↔ pinafore — Sleeveless dress
• tablier	→ schort	↔ Schürze — ein Kleidungsstück, welches man über der restlichen Kleidung trägt, um diese vor Schmutz zu schützen

Verwante vertalingen van tablier