Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. province:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor province (Frans) in het Nederlands

province:

province [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la province (région; département)
    de provincie; het gebied; het gewest; de rayon; het ressort
    • provincie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • gebied [het ~] zelfstandig naamwoord
    • gewest [het ~] zelfstandig naamwoord
    • rayon [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • ressort [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. la province (région; domaine; district; )
    de provincie; het rechtsgebied; de rayon; het ressort; rijksonderdeel; het gebied; het gewest
  3. la province (contrée; région; département; )
    het gebied; de plaats; de regio; de streek; de landstreek; de gouw; het gewest; het oord
    • gebied [het ~] zelfstandig naamwoord
    • plaats [de ~] zelfstandig naamwoord
    • regio [de ~] zelfstandig naamwoord
    • streek [de ~] zelfstandig naamwoord
    • landstreek [de ~] zelfstandig naamwoord
    • gouw [de ~] zelfstandig naamwoord
    • gewest [het ~] zelfstandig naamwoord
    • oord [het ~] zelfstandig naamwoord
  4. la province (région; département; arrondissement; )
    de regio; de streek
    • regio [de ~] zelfstandig naamwoord
    • streek [de ~] zelfstandig naamwoord
  5. la province (contrée; région; zone)
    de hoek; de streek; het oord
    • hoek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • streek [de ~] zelfstandig naamwoord
    • oord [het ~] zelfstandig naamwoord
  6. la province (division; section; branche; )
    de vakgroep; de sectie
    • vakgroep [de ~] zelfstandig naamwoord
    • sectie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  7. la province (zone; domaine; terrain; )
    het gebied; de zone; het terrein; de gordel; het territorium; de streek
    • gebied [het ~] zelfstandig naamwoord
    • zone [de ~] zelfstandig naamwoord
    • terrein [het ~] zelfstandig naamwoord
    • gordel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • territorium [het ~] zelfstandig naamwoord
    • streek [de ~] zelfstandig naamwoord
  8. la province
    de provincie

Vertaal Matrix voor province:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gebied arrondissement; circonscription; contrée; district; domaine; département; province; région; secteur; section; terrain; territoire; territoire national; zone domaine; emplacement; emplacement de navigation; lot; lotissement; parcelle; parcelle de terrain; région; terrain; terrain à bâtir; zone; étendue
gewest contrée; district; domaine; département; province; région; territoire; territoire national
gordel arrondissement; circonscription; contrée; domaine; province; région; secteur; section; terrain; zone ceinture; ceinturon; cordon; courroie; mur de rempart; sangle
gouw contrée; district; domaine; département; province; région; territoire
hoek contrée; province; région; zone abri; angle; asile; cachette; crochet; hameçon; refuge; retraite
landstreek contrée; district; domaine; département; province; région; territoire
oord contrée; district; domaine; département; province; région; territoire; zone
plaats contrée; district; domaine; département; province; région; territoire endroit; lieu; place; site
provincie contrée; district; domaine; département; province; région; territoire national
rayon contrée; district; domaine; département; province; région; territoire national région; secteur; soie artificielle
rechtsgebied contrée; district; domaine; département; province; région; territoire national domaine de droit; juridiction; ressort; territoire d'un juge
regio arrondissement; circonscription; contrée; district; domaine; département; province; région; secteur; section; territoire; zone région; zone de cache
ressort contrée; district; domaine; département; province; région; territoire national
rijksonderdeel contrée; district; domaine; département; province; région; territoire national
sectie branche; division; département; province; ramification; rayon; région; section arrondissement; autopsie; branche; brigade; catégorie; corps; dissection; division; département; détachement; faubourg; fraction; groupe parlementaire; partie; quartier; quartier de la périphérie; ramification; rayon; section; section présentation; segment; équipe
streek arrondissement; circonscription; contrée; district; domaine; département; province; région; secteur; section; terrain; territoire; zone drôlerie; leurre; niche; piège; ruse; tour
terrein arrondissement; circonscription; contrée; domaine; province; région; secteur; section; terrain; zone champ; domaine; emplacement; enclos; jardin; jardin familial; jardin ouvrier; lot; lotissement; parcelle; parcelle de terrain; rayon; région; site; terrain; terrain à bâtir; territoire; zone
territorium arrondissement; circonscription; contrée; domaine; province; région; secteur; section; terrain; zone aire; champ; domaine; emplacement; enclos; jardin; jardin familial; jardin ouvrier; rayon; région; site; terrain; territoire; zone
vakgroep branche; division; département; province; ramification; rayon; région; section
zone arrondissement; circonscription; contrée; domaine; province; région; secteur; section; terrain; zone zone
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
rayon secteur de vente

Synoniemen voor "province":


Wiktionary: province

province
noun
  1. toponymie‎|fr étendue de pays qui faire partie d’un État et qui posséder plusieurs villes, bourgs, villages, etc., sous un même gouvernement.
province
noun
  1. een staatkundig onderdeel van een land

Cross Translation:
FromToVia
province provincie province — A subdivision of government usually one step below the national level

Verwante vertalingen van province