Overzicht
Frans naar Nederlands: Meer gegevens...
- opulence:
-
Wiktionary:
- opulence → onbekrompenheid, overvloed, uitbundigheid, weligheid
Frans
Uitgebreide vertaling voor opulence (Frans) in het Nederlands
opulence:
-
l'opulence (richesse)
-
l'opulence (luxe; luxuriance; magnificence; richesse; abondance; somptuosité; fortune; splendeur; profusion; pompe)
Vertaal Matrix voor opulence:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
luxe | abondance; fortune; luxe; luxuriance; magnificence; opulence; pompe; profusion; richesse; somptuosité; splendeur | |
overvloed | abondance; fortune; luxe; luxuriance; magnificence; opulence; pompe; profusion; richesse; somptuosité; splendeur | abondance; amas; débordement; excès; excédent; grande quantité; immodération; masse; multitude; profusion; surplus; tas |
pracht | abondance; fortune; luxe; luxuriance; magnificence; opulence; pompe; profusion; richesse; somptuosité; splendeur | apparat; beauté; faste; lustre; magnificence; pompe; splendeur |
rijkheid | opulence; richesse | |
weelde | abondance; fortune; luxe; luxuriance; magnificence; opulence; pompe; profusion; richesse; somptuosité; splendeur | |
weelderigheid | abondance; fortune; luxe; luxuriance; magnificence; opulence; pompe; profusion; richesse; somptuosité; splendeur | sensualité; volupté; érotique; érotisme |
Synoniemen voor "opulence":
Wiktionary: opulence
opulence
noun
-
abondance de biens, richesse dont on faire étalage.
- opulence → onbekrompenheid; overvloed; uitbundigheid; weligheid
Computer vertaling door derden: