Home ->Woordenboeken ->Frans/Nederlands ->Zoek: immobilisation

Franse en Nederlandse zoekresultaten voor: immobilisation

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

immobilisation:
- vastzetten; kreupelheid; lamlegging; vaste activa
Wiktionary:
- immobilisation → immobilisatie
- immobilisation → stilstand

Frans

Uitgebreide vertaling voor immobilisation (Frans) in het Nederlands

immobilisation:

immobilisation [la ~] zelfstandig naamwoord

l'immobilisation (attache; fixation)
vastzetten
- vastzetten [znw.] zelfstandig naamwoord
l'immobilisation (paralyse)
de kreupelheid; lamlegging
- kreupelheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- lamlegging [znw.] zelfstandig naamwoord
l'immobilisation
vaste activa
- vaste activa

Vertaal Matrix voor immobilisation:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
kreupelheid	immobilisation; paralyse	boiterie; infirmité
lamlegging	immobilisation; paralyse
vastzetten	attache; fixation; immobilisation
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
vastzetten		agrafer; attacher; attacher à qc; coller; conserver; déposer sur un compte bancaire; détenir; emprisonner; enfermer; ficeler; fixer; garder; immobiliser; installer; lier; marquer; mettre; mettre à l'attache; nouer; parapher; poser; renforcer; retenir; tenir; timbrer
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
vaste activa	immobilisation

Synoniemen voor "immobilisation":

amarrage; ancrage; mouillage; fixation; enclavement; inclusion; figement; coagulation; congélation; gel; solidification; immobilité; confiscation

Wiktionary: immobilisation

immobilisation

noun

(medisch, nld) onbeweeglijk maken
- immobilisatie → immobilisation

Cross Translation:

From	To	Via
• immobilisation	→ stilstand	↔ standstill — complete immobility

Verwante vertalingen van immobilisation

interdiction d'immobilisation