Home ->Woordenboeken ->Frans/Nederlands ->Zoek: fils

Franse en Nederlandse zoekresultaten voor: fils

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

fils:
- zoon; zonen; draden; snoeren; koorden
Wiktionary:
- fils → zoon
- fils → zoon

Frans

Uitgebreide vertaling voor fils (Frans) in het Nederlands

fils:

fils [le ~] zelfstandig naamwoord

le fils
de zoon
- zoon [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
le fils
de zonen
- zonen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
le fils (cordes; ficelles)
de draden
- draden [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
le fils (cordes; lacets; ficelles; galons; cordons)
de snoeren; de koorden
- snoeren [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- koorden [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Vertaal Matrix voor fils:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
draden	cordes; ficelles; fils
koorden	cordes; cordons; ficelles; fils; galons; lacets
snoeren	cordes; cordons; ficelles; fils; galons; lacets	fils électriques
zonen	fils
zoon	fils
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
snoeren		attacher; attacher avec un cordon

Synoniemen voor "fils":

rejeton; fiston; garçon; petit; ficelles; liens; gars; garçonnet; jouvenceau; adolescent; célibataire; gosse; jeune; juvénile; récent; junior; cadet; novice; nouveau; frais; inexpérimenté; puîné; progéniture; descendance; postérité; enfant; famille; fille; produit

Wiktionary: fils

fils

noun

Tout être humain du sexe masculin considéré par rapport à son père et à sa mère, ou à un des deux seulement.
- fils → zoon

fils

noun

een mannelijk kind
- zoon → fils

Cross Translation:

From	To	Via
• fils	→ zoon	↔ Sohn — männlicher, direkter Nachkomme
• fils	→ zoon	↔ son — a male person in relation to his parents

Verwante vertalingen van fils