Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. éruption:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor éruption (Frans) in het Nederlands

éruption:

éruption [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'éruption (moisissure; prurigo; eczéma; )
    de uitslag; de huiduitslag
  2. l'éruption (éclat; explosion)
    de uitbarsting; de uitval; uitbarsten; emotionele uitval
  3. l'éruption
    de eruptie
    • eruptie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  4. l'éruption (éclatement; déclenchement; explosion)
    de losbarsting

Vertaal Matrix voor éruption:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
emotionele uitval explosion; éclat; éruption
eruptie éruption
huiduitslag eczéma; mildiou; moisi; moisissure; prurigo; sycosis; terre végétale; terreau; vermoulure; éruption
losbarsting déclenchement; explosion; éclatement; éruption
uitbarsten explosion; éclat; éruption
uitbarsting explosion; éclat; éruption détonation; explosion; fracas; grondement; éclat; éruption volcanique
uitslag eczéma; mildiou; moisi; moisissure; prurigo; sycosis; terre végétale; terreau; vermoulure; éruption
uitval explosion; éclat; éruption rebut

Synoniemen voor "éruption":


Wiktionary: éruption

éruption
noun
  1. Jaillissement de matières expulsées
éruption
noun
  1. plotselinge, felle uiting
  2. het uitstoten van gassen, rook en lava door een vulkaan

Cross Translation:
FromToVia
éruption huiduitslag; uitslag rash — of skin

Verwante vertalingen van éruption