Corruption: vertaling Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

corruption:
- corruptie; omkoping; omkoperij; degeneratie; ontaarding; verwording; verdorvenheid; slechtheid
Wiktionary:
- corruption → corruptie, omkoping
- corruption → omkoperij, corruptie, vriendjespolitiek

Frans

Uitgebreide vertaling voor corruption (Frans) in het Nederlands

la corruption
de corruptie; de omkoping
- corruptie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- omkoping [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la corruption
de corruptie
- corruptie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la corruption (subornation)
de omkoperij
- omkoperij [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la corruption (dégénérescence; détérioration; décomposition; décadence; dégénération; caractère dénaturé)
de degeneratie; de ontaarding; de verwording
- degeneratie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- ontaarding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- verwording [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la corruption (dégénérescence; perversion; dépravation)
de verdorvenheid; de slechtheid
- verdorvenheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- slechtheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
corruptie	corruption
degeneratie	caractère dénaturé; corruption; décadence; décomposition; dégénération; dégénérescence; détérioration
omkoperij	corruption; subornation
omkoping	corruption
ontaarding	caractère dénaturé; corruption; décadence; décomposition; dégénération; dégénérescence; détérioration
slechtheid	corruption; dégénérescence; dépravation; perversion	bassesse; malice; malignité; malveillance; méchanceté; perversité; turpitude; venimosité; vilenie; virulence
verdorvenheid	corruption; dégénérescence; dépravation; perversion
verwording	caractère dénaturé; corruption; décadence; décomposition; dégénération; dégénérescence; détérioration	chute; dissolution; décadence; déclin; décomposition; dégradation; dégénérescence; détérioration; pourriture; putréfaction

corruption

noun

corruption

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• corruption	→ omkoperij	↔ bribery — making of illegal payment
• corruption	→ corruptie	↔ corruption — act of corrupting
• corruption	→ corruptie	↔ graft — corruption in official life
• corruption	→ omkoperij; vriendjespolitiek	↔ jobbery — The act or conduct of public or official business for the sake of private gain