Overzicht
Frans naar Nederlands: Meer gegevens...
- grandeur:
-
Wiktionary:
- grandeur → grootte
Nederlands naar Frans: Meer gegevens...
- grandeur:
Frans
Uitgebreide vertaling voor grandeur (Frans) in het Nederlands
grandeur:
-
la grandeur (excellence; supériorité)
-
la grandeur (prestige; somptuosité; pompe; magnificence)
-
la grandeur (délices; bonheur; béatitude; félicité; fortune; chance; magnificence; splendeur)
Vertaal Matrix voor grandeur:
Synoniemen voor "grandeur":
Verwante vertalingen van grandeur
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor grandeur (Nederlands) in het Frans
grandeur:
-
de grandeur (indrukwekkendheid; grootsheid)
Vertaal Matrix voor grandeur:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
grandeur | grandeur; grootsheid; indrukwekkendheid | aanzien; edel; eminentie; gelukzaligheid; grootheid; heerlijkheid; hoogheid; verheffing; verhevenheid |
magnificence | grandeur; grootsheid; indrukwekkendheid | gelukzaligheid; gezegende toestand; glans; heerlijkheid; heil; luister; luxe; overvloed; praal; pracht; pronk; voorspoed; weelde; weelderigheid; weidsheid; zaligheid; zegen; zegenen; zegening |
pompe | grandeur; grootsheid; indrukwekkendheid | bloedpomp; glans; hart; luister; luxe; overvloed; pomp; praal; pracht; pronk; weelde; weelderigheid |
prestige | grandeur; grootsheid; indrukwekkendheid | aanzien; achtbaarheid; achting; faam; naam; niveau; prestige; reputatie; roep; status |
somptuosité | grandeur; grootsheid; indrukwekkendheid | luxe; overvloed; pracht; weelde; weelderigheid; weidsheid |