Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor adjacent (Frans) in het Nederlands

adjacent:

adjacent bijvoeglijk naamwoord

  1. adjacent (environnant; avoisinant; voisin; )
    omliggend; naburig; belendend
  2. adjacent (limitrophe; avoisinant; à côté; )
    aangrenzend; aanpalend; belendend
  3. adjacent (limitrophe; avoisinant; voisin)
    aanliggend
  4. adjacent
    aanliggende

Vertaal Matrix voor adjacent:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aangrenzend adjacent; avoisinant; contigu; environnant; limitrophe; proche; voisin; à côté
aanliggend adjacent; avoisinant; limitrophe; voisin
aanpalend adjacent; avoisinant; contigu; environnant; limitrophe; proche; voisin; à côté
belendend adjacent; avoisinant; contigu; environnant; limitrophe; proche; voisin; à côté
naburig adjacent; avoisinant; contigu; environnant; limitrophe; voisin; à côté
omliggend adjacent; avoisinant; contigu; environnant; limitrophe; voisin; à côté
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanliggende adjacent

Synoniemen voor "adjacent":


Wiktionary: adjacent


Cross Translation:
FromToVia
adjacent aanpalend; er naast liggend; belendend; aangrenzend adjacent — lying next to, close, or contiguous; neighboring
adjacent aangrenzend contiguous — adjacent, neighboring
adjacent naburig; aanpalend; buur- neighboring — Situated or living nearby or adjacent to