Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. contrefaire:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor contrefaire (Frans) in het Nederlands

contrefaire:

contrefaire werkwoord (contrefais, contrefait, contrefaisons, contrefaites, )

  1. contrefaire (falsifier; fausser; truquer; )
    falsificeren; namaken; vervalsen; kopiëren; nabootsen
    • falsificeren werkwoord (falsificeer, falsificeert, falsificeerde, falsificeerden, gefalsificeerd)
    • namaken werkwoord (maak na, maakt na, maakte na, maakten na, nagemaakt)
    • vervalsen werkwoord (vervals, vervalst, vervalste, vervalsten, vervalst)
    • kopiëren werkwoord (kopiëer, kopiëert, kopiëerde, kopiëerden, gekopiëerd)
    • nabootsen werkwoord (boots na, bootst na, bootste na, bootsten na, nagebootst)
  2. contrefaire (imiter; reproduire; démarquer; copier)
    nabootsen; kopiëren; namaken
    • nabootsen werkwoord (boots na, bootst na, bootste na, bootsten na, nagebootst)
    • kopiëren werkwoord (kopiëer, kopiëert, kopiëerde, kopiëerden, gekopiëerd)
    • namaken werkwoord (maak na, maakt na, maakte na, maakten na, nagemaakt)

Conjugations for contrefaire:

Présent
  1. contrefais
  2. contrefais
  3. contrefait
  4. contrefaisons
  5. contrefaites
  6. contrefont
imparfait
  1. contrefaisais
  2. contrefaisais
  3. contrefaisait
  4. contrefaisions
  5. contrefaisiez
  6. contrefaisaient
passé simple
  1. contrefis
  2. contrefis
  3. contrefit
  4. contrefîmes
  5. contrefîtes
  6. contrefirent
futur simple
  1. contreferai
  2. contreferas
  3. contrefera
  4. contreferons
  5. contreferez
  6. contreferont
subjonctif présent
  1. que je contrefasse
  2. que tu contrefasses
  3. qu'il contrefasse
  4. que nous contrefassions
  5. que vous contrefassiez
  6. qu'ils contrefassent
conditionnel présent
  1. contraferais
  2. contreferais
  3. contreferait
  4. contreferions
  5. contreferiez
  6. contreferaient
passé composé
  1. ai contrefait
  2. as contrefait
  3. a contrefait
  4. avons contrefait
  5. avez contrefait
  6. ont contrefait
divers
  1. contrefais!
  2. contrefaites!
  3. contrefaisons!
  4. contrefait
  5. contrefaisant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Vertaal Matrix voor contrefaire:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kopiëren tirage de copie
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
falsificeren contrefaire; copier; décevoir; falsifier; fausser; frelater; frustrer; imiter; pasticher; piper; tromper; truquer
kopiëren contrefaire; copier; décevoir; démarquer; falsifier; fausser; frelater; frustrer; imiter; pasticher; piper; reproduire; tromper; truquer copier; faire une copie; photocopier; polycopier
nabootsen contrefaire; copier; décevoir; démarquer; falsifier; fausser; frelater; frustrer; imiter; pasticher; piper; reproduire; tromper; truquer copier; imiter; pasticher
namaken contrefaire; copier; décevoir; démarquer; falsifier; fausser; frelater; frustrer; imiter; pasticher; piper; reproduire; tromper; truquer
vervalsen contrefaire; copier; décevoir; falsifier; fausser; frelater; frustrer; imiter; pasticher; piper; tromper; truquer

Synoniemen voor "contrefaire":


Wiktionary: contrefaire

contrefaire
verb
  1. een bedrieglijke kopie van iets waardevol maken

Cross Translation:
FromToVia
contrefaire namaken; vervalsen counterfeit — To produce something that appears to be official or valid
contrefaire vervalsen forge — to create a forgery of