Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. instinct:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. instinct:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor instinct (Frans) in het Nederlands

instinct:

instinct [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'instinct (pulsion; tendance; impulsion)
    de drift; de aandrift; het instinct
    • drift [de ~] zelfstandig naamwoord
    • aandrift [de ~] zelfstandig naamwoord
    • instinct [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. l'instinct (nez; odorat)
    de aandrift; de natuurdrift; het instinct
  3. l'instinct (intuition; sentiment; sens inné; )
    de intuïtie; het gevoel; het instinct
    • intuïtie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • gevoel [het ~] zelfstandig naamwoord
    • instinct [het ~] zelfstandig naamwoord
  4. l'instinct (impulsion)
    de opwelling; de impuls; de luim; de prikkel
    • opwelling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • impuls [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • luim [de ~] zelfstandig naamwoord
    • prikkel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor instinct:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aandrift impulsion; instinct; nez; odorat; pulsion; tendance ardeur; caractère; dynamisme; force; impulsion; poussée; propulsion; ressort; urgence; vitalité; âme; énergie
drift impulsion; instinct; pulsion; tendance ardeur; courant; courant maritime; désir; désir charnel; embrasement; entraînement; envie; ferveur; flux; fougue; impulsion; meute; mouvement; passion; plaisir; pulsion sexuelle; troupe; troupeau; urgence; verve; volupté; zèle; élan
gevoel impulsion; instinct; intuition; penchant; sens inné; sensation; sentiment disposition; don; intuition; mouvement d'âme; perception; sens; sensation; sensibilité; sentiment; émotion
impuls impulsion; instinct aiguillon; encouragement; force; force propulsive; impulsion; incitation; piquant; poussée; stimulant; stimulation; stimuli; stimulus; urgence
instinct impulsion; instinct; intuition; nez; odorat; penchant; pulsion; sens inné; sensation; sentiment; tendance
intuïtie impulsion; instinct; intuition; penchant; sens inné; sensation; sentiment
luim impulsion; instinct caprice; humeur
natuurdrift instinct; nez; odorat
opwelling impulsion; instinct caprice; engouement; passade
prikkel impulsion; instinct aiguillon; encouragement; exhortation; force; force propulsive; impulsion; incitation; instigation; piquant; poussée; stimulant; stimulation; stimuli; stimulus

Synoniemen voor "instinct":


Wiktionary: instinct


Cross Translation:
FromToVia
instinct instinct instinct — a natural or inherent impulse or behaviour
instinct instinct InstinktZoologie, Tierpsychologie: Tieren angeborene, nicht gesteuerte Verhaltensweise in bestimmen Situationen

Verwante vertalingen van instinct



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor instinct (Nederlands) in het Frans

instinct:

instinct [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het instinct (aandrift; drift)
    l'instinct; la pulsion; la tendance; l'impulsion
  2. het instinct (intuïtie; gevoel)
    l'intuition; le sentiment; le sens inné; la sensation; l'impulsion; le penchant; l'instinct
  3. het instinct (natuurdrift; aandrift)
    l'instinct; le nez; l'odorat
    • instinct [le ~] zelfstandig naamwoord
    • nez [le ~] zelfstandig naamwoord
    • odorat [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor instinct:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
impulsion aandrift; drift; gevoel; instinct; intuïtie aandrang; aandrift; aanmoediging; aansporing; aanzet; animering; drang; drift; duw; duwtje; impuls; initiatief; luim; neiging; opwekking; opwelling; por; prikkel; stimulans; stimulering; stoot; stootje; zet
instinct aandrift; drift; gevoel; instinct; intuïtie; natuurdrift impuls; luim; opwelling; prikkel
intuition gevoel; instinct; intuïtie aanvoelen; feeling; gevoel; voorgevoel
nez aandrift; instinct; natuurdrift neus; neus anatomie; speurzin
odorat aandrift; instinct; natuurdrift reuk; reukvermogen; reukzin
penchant gevoel; instinct; intuïtie gemoedstoestand; geneigdheid; gezindheid; hang; inclinatie; keuze; neiging; smaak; stemming; tendentie; voorkeur; voorliefde
pulsion aandrift; drift; instinct
sens inné gevoel; instinct; intuïtie
sensation gevoel; instinct; intuïtie emotie; gemoedsbeweging; gevoel; gewaarwording; ontroering; opschudding; opzien; prikkeling; sensatie; vertedering; verwarring; zintuiglijke gewaarwording
sentiment gevoel; instinct; intuïtie gevoel; gewaarwording; prikkeling; sensatie; sentiment; zintuiglijke gewaarwording
tendance aandrift; drift; instinct geest; gemoedstoestand; geneigdheid; gerichtheid op; gezindheid; hang; inclinatie; mode; modeverschijnsel; neiging; oriëntatie op; stemming; strekking; tendens; tendentie; teneur; trend

Verwante woorden van "instinct":


Wiktionary: instinct


Cross Translation:
FromToVia
instinct instinct instinct — a natural or inherent impulse or behaviour
instinct instinct InstinktZoologie, Tierpsychologie: Tieren angeborene, nicht gesteuerte Verhaltensweise in bestimmen Situationen