Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. cadence:
  2. cadencé:
  3. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor cadence (Frans) in het Nederlands

cadence:

cadence [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la cadence (rythme)
    de cadans; het ritme
    • cadans [de ~] zelfstandig naamwoord
    • ritme [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. la cadence (inflexion de la voix; composition; intonation; ton; accent)
    de modulatie; de compositie; de toonzetting; de intonatie; de toonval; de stembuiging
  3. la cadence
    stemval
    • stemval [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor cadence:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cadans cadence; rythme
compositie accent; cadence; composition; inflexion de la voix; intonation; ton
intonatie accent; cadence; composition; inflexion de la voix; intonation; ton accent; musique; note; son; sonorité; teinte; timbre; ton; voix
modulatie accent; cadence; composition; inflexion de la voix; intonation; ton
ritme cadence; rythme
stembuiging accent; cadence; composition; inflexion de la voix; intonation; ton
stemval cadence
toonval accent; cadence; composition; inflexion de la voix; intonation; ton
toonzetting accent; cadence; composition; inflexion de la voix; intonation; ton

Synoniemen voor "cadence":


Wiktionary: cadence

cadence
noun
  1. suite régulière de sons, de gestes, de mouvements, d'événements, etc., rythme.
cadence
noun
  1. regelmatig gestaag ritme

cadencé:

cadencé bijvoeglijk naamwoord

  1. cadencé (rythmique)
    ritmisch

Vertaal Matrix voor cadencé:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ritmisch cadencé; rythmique

Synoniemen voor "cadencé":