Overzicht
Frans naar Nederlands: Meer gegevens...
-
véhiculer:
-
Wiktionary:
véhiculer → aanvoeren
véhiculer → overbrengen, transporteren - Gebruikers suggesties voor véhiculer:
vervoeren -
Synoniemen voor "véhiculer":
porter; soutenir; tenir; transporter; supporter; exhiber; arborer; produire; transmettre; donner; transférer; déléguer; léguer; fournir; passer; diffuser; communiquer; enseigner; révéler; propager; conduire; voiturer
-
Wiktionary:
Frans
Uitgebreide vertaling voor véhiculer (Frans) in het Nederlands
véhiculer:
Synoniemen voor "véhiculer":
Wiktionary: véhiculer
véhiculer
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• véhiculer | → overbrengen | ↔ convey — to communicate |
• véhiculer | → transporteren | ↔ transportieren — (transitiv) (unter Zuhilfenahme eines Transportmittels) etwas oder jemanden von einem Ort an einen anderen bringen/schaffen |