Overzicht
Frans naar Nederlands: Meer gegevens...
- surveillant:
- surveiller:
-
Wiktionary:
- surveillant → opzichter
- surveiller → toezicht houden, besturen, de scepter zwaaien, heersen, regeren, aflezen, checken, controleren, nakijken, surveilleren, toezien, acht slaan op, letten op, opletten, oppassen, passen op
- surveiller → toezicht houden, surveilleren, controleren, zorgen voor, opletten, toezien, bewaren, behoeden, passen, op, hoeden
Nederlands naar Frans: Meer gegevens...
- surveillant:
-
Wiktionary:
- surveillant → bailli
Frans
Uitgebreide vertaling voor surveillant (Frans) in het Nederlands
surveillant:
Vertaal Matrix voor surveillant:
Synoniemen voor "surveillant":
Wiktionary: surveillant
surveillant
noun
-
iemand die toezicht houdt
surveiller:
surveiller werkwoord (surveille, surveilles, surveillons, surveillez, surveillent, surveillais, surveillait, surveillions, surveilliez, surveillaient, surveillai, surveillas, surveilla, surveillâmes, surveillâtes, surveillèrent, surveillerai, surveilleras, surveillera, surveillerons, surveillerez, surveilleront)
-
surveiller (garder; observer; patrouiller)
toezicht houden; surveilleren; bewaken; toezien-
toezicht houden werkwoord (houd toezicht, houdt toezicht, hield toezicht, hielden toezicht, toezicht gehouden)
-
-
surveiller (suivre à pied; suivre; poursuivre; traquer; venir après; pourchasser; courir après)
volgen; achternagaan; nalopen; achternalopen-
achternalopen werkwoord (loop achterna, loopt achterna, liep achterna, liepen achterna, achternagelopen)
-
surveiller (protéger; maintenir; garder; sauvegarder; défendre; veiller; conserver; préserver; assurer la surveillance; abriter; mettre à l'abri de; veiller sur quelqu'un; veiller sur quelque chose)
beschermen; behouden; in bescherming nemen; behoeden-
in bescherming nemen werkwoord (neem in bescherming, neemt in bescherming, nam in bescherming, namen in bescherming, in bescherming genomen)
-
surveiller (passer en revue; visiter; regarder; examiner; contempler; considérer; voir; inspecter; contrôler; observer; faire une inspection de; soumettre à une inspection)
-
surveiller (patrouiller; garder; observer)
patrouilleren-
patrouilleren werkwoord (patrouilleer, patrouilleert, patrouilleerde, patrouilleerden, gepatrouilleerd)
-
-
surveiller (observer; veiller; assister à; regarder; contempler)
-
surveiller (veiller sur)
-
surveiller (observer; examiner; considérer; fixer; voir; regarder)
Conjugations for surveiller:
Présent
- surveille
- surveilles
- surveille
- surveillons
- surveillez
- surveillent
imparfait
- surveillais
- surveillais
- surveillait
- surveillions
- surveilliez
- surveillaient
passé simple
- surveillai
- surveillas
- surveilla
- surveillâmes
- surveillâtes
- surveillèrent
futur simple
- surveillerai
- surveilleras
- surveillera
- surveillerons
- surveillerez
- surveilleront
subjonctif présent
- que je surveille
- que tu surveilles
- qu'il surveille
- que nous surveillions
- que vous surveilliez
- qu'ils surveillent
conditionnel présent
- surveillerais
- surveillerais
- surveillerait
- surveillerions
- surveilleriez
- surveilleraient
passé composé
- ai surveillé
- as surveillé
- a surveillé
- avons surveillé
- avez surveillé
- ont surveillé
divers
- surveille!
- surveillez!
- surveillons!
- surveillé
- surveillant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles
Vertaal Matrix voor surveiller:
Synoniemen voor "surveiller":
Wiktionary: surveiller
surveiller
Cross Translation:
verb
surveiller
-
observer avec attention ; examiner ; contrôler.
- surveiller → toezicht houden; besturen; de scepter zwaaien; heersen; regeren; aflezen; checken; controleren; nakijken; surveilleren; toezien; acht slaan op; letten op; opletten; oppassen; passen op
verb
-
toezicht houden
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• surveiller | → toezicht houden; surveilleren; controleren | ↔ monitor — watch over, guard |
• surveiller | → zorgen voor; opletten | ↔ watch — to attend or guard |
• surveiller | → toezien | ↔ achten — auf etwas achten: aufrechterhalten; überwachen |
• surveiller | → toezien | ↔ achten — auf jemanden achten: auf jemanden aufpassen; aufpassen, dass jemandem nichts passiert |
• surveiller | → bewaren; behoeden; passen; op; hoeden | ↔ gaumen — (transitiv), Schweiz: auf jemandem, etwas aufpassen; in seine Obhut nehmen |
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor surveillant (Nederlands) in het Frans
surveillant:
-
de surveillant (zaalchef)
Vertaal Matrix voor surveillant:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
chef de salle | surveillant; zaalchef | opzichter; opziener |
surveillant | surveillant; zaalchef | bewaker; ordebewaarder; persoon die op wacht staat; portier; schildwacht; suppoost; wacht; wachter |