Overzicht
Frans Synoniemen: Meer gegevens...
-
fou:
- fou; atteint de troubles mentaux; lunatique; aliéné; délirant; idiot; sot; farfelu; imbécile; bête; dérangé; frénétique; loufoque; dingue; toqué; perturbé; stupide; idiotement; débile; dément; effréné; cinglé; follement; troublé; absurde; sottement; d'une manière imbécile; complètement dingue; folle; brumeux; imprudent; insensé; sotte; bariolé; déraisonnable; de façon irrationnelle; fantastique; fabuleux; génial; astucieux; sensé; habile; de génie; malin; d'une manière sensée; d'une façon géniale; mentalement perturbé; désaxé; bizarre; curieux; étranger; étrange; drôle; particulier; particulièrement; singulier; curieuse; étrangement; bizarrement; singulière; gourmand; friand; caractéristique; spécial; capricieux; excentrique; singulièrement; fantasque; spécifique; typique; à part; représentatif; baroque; typiquement; d'une manière baroque; gigantesque
- fou; sot; nullité; imbécile; nullard; niais; nigaud; toqué; idiot; minus; hurluberlu; arlequin; bouffon; polichinelle; écervelé; handicapé mental; aliéné; déséquilibré; dément; desaxé; malade mental; forcené; barbare; enragé; aliéné mental
Frans
Uitgebreide synoniemen voor fou in het Frans
fou:
-
fou
-
fou
fou; farfelu; idiot; imbécile; bête; dérangé; frénétique; loufoque; dingue; toqué; perturbé; sot; stupide; délirant; idiotement; débile; dément; effréné; cinglé; follement; troublé; absurde; sottement; d'une manière imbécile-
fou bijvoeglijk naamwoord
-
farfelu bijvoeglijk naamwoord
-
idiot bijvoeglijk naamwoord
-
imbécile bijvoeglijk naamwoord
-
bête bijvoeglijk naamwoord
-
dérangé bijvoeglijk naamwoord
-
frénétique bijvoeglijk naamwoord
-
loufoque bijvoeglijk naamwoord
-
dingue bijvoeglijk naamwoord
-
toqué bijvoeglijk naamwoord
-
perturbé bijvoeglijk naamwoord
-
sot bijvoeglijk naamwoord
-
stupide bijvoeglijk naamwoord
-
délirant bijvoeglijk naamwoord
-
idiotement bijvoeglijk naamwoord
-
débile bijvoeglijk naamwoord
-
dément bijvoeglijk naamwoord
-
effréné bijvoeglijk naamwoord
-
cinglé bijvoeglijk naamwoord
-
follement bijvoeglijk naamwoord
-
troublé bijvoeglijk naamwoord
-
absurde bijvoeglijk naamwoord
-
sottement bijvoeglijk naamwoord
-
d'une manière imbécile bijvoeglijk naamwoord
-
-
fou
fou; sot; idiot; idiotement; imbécile-
fou bijvoeglijk naamwoord
-
sot bijvoeglijk naamwoord
-
idiot bijvoeglijk naamwoord
-
idiotement bijvoeglijk naamwoord
-
imbécile bijvoeglijk naamwoord
-
-
fou
fou; dingue; complètement dingue; toqué-
fou bijvoeglijk naamwoord
-
dingue bijvoeglijk naamwoord
-
complètement dingue bijvoeglijk naamwoord
-
toqué bijvoeglijk naamwoord
-
-
fou
idiotement; folle; fou; dingue; toqué; bête; stupide; délirant; frénétique; sottement; absurde; sot; brumeux; idiot-
idiotement bijvoeglijk naamwoord
-
folle bijvoeglijk naamwoord
-
fou bijvoeglijk naamwoord
-
dingue bijvoeglijk naamwoord
-
toqué bijvoeglijk naamwoord
-
bête bijvoeglijk naamwoord
-
stupide bijvoeglijk naamwoord
-
délirant bijvoeglijk naamwoord
-
frénétique bijvoeglijk naamwoord
-
sottement bijvoeglijk naamwoord
-
absurde bijvoeglijk naamwoord
-
sot bijvoeglijk naamwoord
-
brumeux bijvoeglijk naamwoord
-
idiot bijvoeglijk naamwoord
-
-
fou
fou; sot; imprudent; idiot; sottement; folle; insensé; sotte; follement; bariolé; déraisonnable; de façon irrationnelle-
fou bijvoeglijk naamwoord
-
sot bijvoeglijk naamwoord
-
imprudent bijvoeglijk naamwoord
-
idiot bijvoeglijk naamwoord
-
sottement bijvoeglijk naamwoord
-
folle bijvoeglijk naamwoord
-
insensé bijvoeglijk naamwoord
-
sotte bijvoeglijk naamwoord
-
follement bijvoeglijk naamwoord
-
bariolé bijvoeglijk naamwoord
-
déraisonnable bijvoeglijk naamwoord
-
de façon irrationnelle bijvoeglijk naamwoord
-
-
fou
fantastique; fabuleux; génial; astucieux; lunatique; dément; délirant; fou; sensé; habile; de génie; malin; d'une manière sensée; d'une façon géniale-
fantastique bijvoeglijk naamwoord
-
fabuleux bijvoeglijk naamwoord
-
génial bijvoeglijk naamwoord
-
astucieux bijvoeglijk naamwoord
-
lunatique bijvoeglijk naamwoord
-
dément bijvoeglijk naamwoord
-
délirant bijvoeglijk naamwoord
-
fou bijvoeglijk naamwoord
-
sensé bijvoeglijk naamwoord
-
habile bijvoeglijk naamwoord
-
de génie bijvoeglijk naamwoord
-
malin bijvoeglijk naamwoord
-
d'une manière sensée bijvoeglijk naamwoord
-
d'une façon géniale bijvoeglijk naamwoord
-
-
fou
-
fou
fou; mentalement perturbé; désaxé; sot; sottement-
fou bijvoeglijk naamwoord
-
mentalement perturbé bijvoeglijk naamwoord
-
désaxé bijvoeglijk naamwoord
-
sot bijvoeglijk naamwoord
-
sottement bijvoeglijk naamwoord
-
-
fou
bizarre; curieux; étranger; étrange; drôle; fou; dingue; particulier; sot; particulièrement; singulier; curieuse; étrangement; bizarrement; singulière-
bizarre bijvoeglijk naamwoord
-
curieux bijvoeglijk naamwoord
-
étranger bijvoeglijk naamwoord
-
étrange bijvoeglijk naamwoord
-
drôle bijvoeglijk naamwoord
-
fou bijvoeglijk naamwoord
-
dingue bijvoeglijk naamwoord
-
particulier bijvoeglijk naamwoord
-
sot bijvoeglijk naamwoord
-
particulièrement bijvoeglijk naamwoord
-
singulier bijvoeglijk naamwoord
-
curieuse bijvoeglijk naamwoord
-
étrangement bijvoeglijk naamwoord
-
bizarrement bijvoeglijk naamwoord
-
singulière bijvoeglijk naamwoord
-
-
fou
folle; imbécile; fou; dingue; dérangé; frénétique; absurde; perturbé; stupide; effréné; bête; sottement; idiotement; sot; farfelu; débile; dément; idiot; cinglé; délirant; follement; troublé; loufoque; toqué; d'une manière imbécile-
folle bijvoeglijk naamwoord
-
imbécile bijvoeglijk naamwoord
-
fou bijvoeglijk naamwoord
-
dingue bijvoeglijk naamwoord
-
dérangé bijvoeglijk naamwoord
-
frénétique bijvoeglijk naamwoord
-
absurde bijvoeglijk naamwoord
-
perturbé bijvoeglijk naamwoord
-
stupide bijvoeglijk naamwoord
-
effréné bijvoeglijk naamwoord
-
bête bijvoeglijk naamwoord
-
sottement bijvoeglijk naamwoord
-
idiotement bijvoeglijk naamwoord
-
sot bijvoeglijk naamwoord
-
farfelu bijvoeglijk naamwoord
-
débile bijvoeglijk naamwoord
-
dément bijvoeglijk naamwoord
-
idiot bijvoeglijk naamwoord
-
cinglé bijvoeglijk naamwoord
-
délirant bijvoeglijk naamwoord
-
follement bijvoeglijk naamwoord
-
troublé bijvoeglijk naamwoord
-
loufoque bijvoeglijk naamwoord
-
toqué bijvoeglijk naamwoord
-
d'une manière imbécile bijvoeglijk naamwoord
-
-
fou
-
fou
bizarre; caractéristique; spécial; particulier; curieux; particulièrement; bizarrement; capricieux; dingue; excentrique; drôle; singulier; singulièrement; fantasque; fou; spécifique; typique; curieuse; singulière; étranger; étrange; sot; à part; représentatif; étrangement; baroque; typiquement; d'une manière baroque-
bizarre bijvoeglijk naamwoord
-
caractéristique bijvoeglijk naamwoord
-
spécial bijvoeglijk naamwoord
-
particulier bijvoeglijk naamwoord
-
curieux bijvoeglijk naamwoord
-
particulièrement bijvoeglijk naamwoord
-
bizarrement bijvoeglijk naamwoord
-
capricieux bijvoeglijk naamwoord
-
dingue bijvoeglijk naamwoord
-
excentrique bijvoeglijk naamwoord
-
drôle bijvoeglijk naamwoord
-
singulier bijvoeglijk naamwoord
-
singulièrement bijvoeglijk naamwoord
-
fantasque bijvoeglijk naamwoord
-
fou bijvoeglijk naamwoord
-
spécifique bijvoeglijk naamwoord
-
typique bijvoeglijk naamwoord
-
curieuse bijvoeglijk naamwoord
-
singulière bijvoeglijk naamwoord
-
étranger bijvoeglijk naamwoord
-
étrange bijvoeglijk naamwoord
-
sot bijvoeglijk naamwoord
-
à part bijvoeglijk naamwoord
-
représentatif bijvoeglijk naamwoord
-
étrangement bijvoeglijk naamwoord
-
baroque bijvoeglijk naamwoord
-
typiquement bijvoeglijk naamwoord
-
d'une manière baroque bijvoeglijk naamwoord
-
-
fou
fabuleux; fou; dément; fantastique; délirant; gigantesque; lunatique-
fabuleux bijvoeglijk naamwoord
-
fou bijvoeglijk naamwoord
-
dément bijvoeglijk naamwoord
-
fantastique bijvoeglijk naamwoord
-
délirant bijvoeglijk naamwoord
-
gigantesque bijvoeglijk naamwoord
-
lunatique bijvoeglijk naamwoord
-
-
fou
fou; sot; insensé; idiot; déraisonnable-
fou bijvoeglijk naamwoord
-
sot bijvoeglijk naamwoord
-
insensé bijvoeglijk naamwoord
-
idiot bijvoeglijk naamwoord
-
déraisonnable bijvoeglijk naamwoord
-
-
fou
-
fou
-
le fou
-
le fou
-
le fou
l'hurluberlu; l'arlequin; le bouffon; le fou; le polichinelle; l'imbécile; l'écervelé; le sot; le niais; l'idiot -
le fou
-
le fou
-
le fou
-
le fou
l'imbécile; le malade mental; le sot; le forcené; le barbare; le toqué; le fou; le dément; l'idiot; le déséquilibré; l'enragé; l'aliéné mental