Overzicht
Frans naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. impair:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor impair (Frans) in het Spaans

impair:

impair bijvoeglijk naamwoord

  1. impair (inégal)
    impar
    • impar bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor impair:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
impar impair; inégal

Synoniemen voor "impair":


Wiktionary: impair

impair
adjective
  1. (mathématiques) Qui n’est pas divisible par deux.

Cross Translation:
FromToVia
impair tropiezo; metida de pata; garrafal; desliz; torpeza; descache; condoro; error blunder — mistake
impair metida de pata; metedura de pata faux pas — A social blunder
impair impar odd — not divisible by two
impair impar oneven — Niet deelbaar door twee