Frisson in het Spaans vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Spaans: Meer gegevens...

frisson:
- escalofrío; temblor; vibración; tembleque; frialdad; estremecimiento; calofrío
Wiktionary:
- frisson → estremecimiento, escalofrío, temblar, temblor

Frans

Uitgebreide vertaling voor frisson (Frans) in het Spaans

le frisson (tremblote; frémissement; frissonnement)
el escalofrío; el temblor; la vibración
- escalofrío [el ~] zelfstandig naamwoord
- temblor [el ~] zelfstandig naamwoord
- vibración [la ~] zelfstandig naamwoord
le frisson (frissonnement; tremblement; frémissement)
el tembleque; el escalofrío
- tembleque [el ~] zelfstandig naamwoord
- escalofrío [el ~] zelfstandig naamwoord
le frisson (frisonnement; frémissement)
la frialdad; el estremecimiento; el calofrío
- frialdad [la ~] zelfstandig naamwoord
- estremecimiento [el ~] zelfstandig naamwoord
- calofrío [el ~] zelfstandig naamwoord
le frisson (tremblement; frémissement; ébranlement; chevrotement)
el temblor; la vibración
- temblor [el ~] zelfstandig naamwoord
- vibración [la ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
calofrío	frisonnement; frisson; frémissement
escalofrío	frisson; frissonnement; frémissement; tremblement; tremblote	frissonnement; frémissement; tremblote
estremecimiento	frisonnement; frisson; frémissement	fraîcheur; frissonnement; froideur; frémissement; tremblote
frialdad	frisonnement; frisson; frémissement	fraîcheur; froideur
tembleque	frisson; frissonnement; frémissement; tremblement	frissonnement; frémissement; tremblote
temblor	chevrotement; frisson; frissonnement; frémissement; tremblement; tremblote; ébranlement	tremblement; trémulation; vibration
vibración	chevrotement; frisson; frissonnement; frémissement; tremblement; tremblote; ébranlement
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
tembleque		branlant; cassable; cassant; chancelant; chevrotant; croulant; délabré; frisonnant; inconstant; instable; tremblotant

Cross Translation:

From	To	Via
• frisson	→ estremecimiento	↔ huivering — een rilling als gevolg van afschuw of koude
• frisson	→ escalofrío	↔ Schauer — Angstschauer: körperliche Reaktion (zum Beispiel Hautzucken) infolge starker Angstgefühle
• frisson	→ temblar; temblor	↔ quiver — shaking or moving with a slight trembling motion
• frisson	→ escalofrío	↔ shiver — the act or result of shivering
• frisson	→ escalofrío	↔ shudder — shivering tremor
• frisson	→ escalofrío	↔ thrill — trembling or quivering, especially one caused by emotion