Overzicht
Frans naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. avenir:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor avenir (Frans) in het Spaans

avenir:

avenir [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'avenir
    el futuro; el destino
    • futuro [el ~] zelfstandig naamwoord
    • destino [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor avenir:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
destino avenir aubaine; avantage inespéré; bonheur; béatitude; chance; cible; destin; destinataire; destination; destination de voyage; destinée; fatalité; fortune; fournisseur de destination; félicité; hameau; récepteur; sort; veine
futuro avenir
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
destino destination
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
futuro apprenti; en herbe; entendu; futur; prochain; proche; proposé; à venir

Synoniemen voor "avenir":


Wiktionary: avenir

avenir
noun
  1. futur, ce qui devoir arriver.

Cross Translation:
FromToVia
avenir porvenir; futuro future — the time ahead
avenir en lo sucesivo; en el futuro in the future — at a future time
avenir porvenir; futuro Zukunft — Zeit, die noch kommt

Verwante vertalingen van avenir