Animosité in het Spaans vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Spaans: Meer gegevens...

animosité:
- enemistad; hostilidad; animosidad; enemistad hereditaria; rencor; resentimiento; odio de familia
Wiktionary:
- animosité → animosidad
- animosité → animosidad, animadversión

Frans

Uitgebreide vertaling voor animosité (Frans) in het Spaans

l'animosité (haine; rancune; hostilité)
la enemistad; la hostilidad; la animosidad; la enemistad hereditaria
- enemistad [la ~] zelfstandig naamwoord
- hostilidad [la ~] zelfstandig naamwoord
- animosidad [la ~] zelfstandig naamwoord
- enemistad hereditaria [la ~] zelfstandig naamwoord
l'animosité (rancune; ressentiment; haine; dépit; hostilité; aigreur; inimitié)
el rencor; el resentimiento; la enemistad; la animosidad; el odio de familia; la enemistad hereditaria
- rencor [el ~] zelfstandig naamwoord
- resentimiento [el ~] zelfstandig naamwoord
- enemistad [la ~] zelfstandig naamwoord
- animosidad [la ~] zelfstandig naamwoord
- odio de familia [el ~] zelfstandig naamwoord
- enemistad hereditaria [la ~] zelfstandig naamwoord
l'animosité (hostilité; haine)
la hostilidad; la enemistad
- hostilidad [la ~] zelfstandig naamwoord
- enemistad [la ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
animosidad	aigreur; animosité; dépit; haine; hostilité; inimitié; rancune; ressentiment	ardeur; avidité; caractère; convoitise; dynamisme; désir violent; envie; force; poussée; propulsion; ressort; vitalité; âme; énergie
enemistad	aigreur; animosité; dépit; haine; hostilité; inimitié; rancune; ressentiment
enemistad hereditaria	aigreur; animosité; dépit; haine; hostilité; inimitié; rancune; ressentiment
hostilidad	animosité; haine; hostilité; rancune
odio de familia	aigreur; animosité; dépit; haine; hostilité; inimitié; rancune; ressentiment
rencor	aigreur; animosité; dépit; haine; hostilité; inimitié; rancune; ressentiment	aigreur; amertume; envie; hargnue; implacabilité; irascibilité; jalousie; mauvaise humeur; rancoeur; rancune; ressentiment
resentimiento	aigreur; animosité; dépit; haine; hostilité; inimitié; rancune; ressentiment	aigreur; amertume; désir de vengeance; envie; hargnue; irascibilité; jalousie; mauvaise humeur; rancoeur; rancune; ressentiment; soif de vengeance; émulation

animosité

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• animosité	→ animosidad; animadversión	↔ animosity — violent hatred leading to active opposition; active enmity; energetic dislike
• animosité	→ animosidad	↔ Animosität — feindselige Einstellung einer Person gegen jemanden oder etwas

Computer vertaling door derden:

Remove Ads