Overzicht
Frans naar Spaans: Meer gegevens...
-
terne:
- aburrido; estúpido; bobo; monótono; tedioso; tonto; lelo; imbécil; insípido; embotador; soso; aturdido; soñoliento; atontado; opaco; muerto; sin vida; exánime; inanimado; no exuberante; mate; apagado; pálido; sin brillo; cochino; puerco; sucio; cochambroso; fácil; cómodo; fácilmente; simple; sencillo; sin esfuerzo; sin complicaciones; sombrear; gris; oscuro; mudo; pardo; sombrío; sordo; grisáceo; sin sabor; sin sal; con poca sal; pobre de sal; ancho; tenue; incoloro; lívido; holgado; mugriento; desaliñado; deslucido; plomizo; descolorido; pardusco; sin color; maligno; fláccido; perezoso; flojo; lánguidamente; blando; abatido; bochornoso; desanimado; laso; lánguido; sin ganas de nada; dejado; vago; agotado; débil; blanco; lejano; canoso; gastado; caduco; difuso; desgastado; mustio; enfermizo; desteñido; manoseado; desmudado; triste; deprimido; desolador; desolado; deplorable; melancólico; boquiabierto; perplejo
- Wiktionary:
Frans
Uitgebreide vertaling voor terne (Frans) in het Spaans
terne:
-
terne (abrutissant; ennuyeux; embêtant; fade; sans esprit; monotone; mortel; insipide)
-
terne (hébété; abruti; étourdi)
soso; aturdido; soñoliento; atontado-
soso bijvoeglijk naamwoord
-
aturdido bijvoeglijk naamwoord
-
soñoliento bijvoeglijk naamwoord
-
atontado bijvoeglijk naamwoord
-
-
terne (mat; poudré; opaque; sans éclat)
-
terne (sans esprit; mort; faible; inanimé; obtus; sans vie; sans âme; sans force; borné)
-
terne (bébête; éteint; sans souffle; voilé; sans inspiration)
no exuberante-
no exuberante bijvoeglijk naamwoord
-
-
terne (sans éclat; mat)
-
terne (mat)
mate; pálido; sin brillo-
mate bijvoeglijk naamwoord
-
pálido bijvoeglijk naamwoord
-
sin brillo bijvoeglijk naamwoord
-
-
terne (malpropre; cochon; dégueulasse; sale; débraillé; comme une salope; mal débarbouillé; gris; douteux; grisâtre; salement; déguenillé; dégoûtant; blême; dégoûté; crasseux; malproprement; défraîchi)
cochino; puerco; sucio; cochambroso-
cochino bijvoeglijk naamwoord
-
puerco bijvoeglijk naamwoord
-
sucio bijvoeglijk naamwoord
-
cochambroso bijvoeglijk naamwoord
-
-
terne (pas difficile; facile; simple; léger; pratique; légère; aisé; confortable; facilement; simplement; agréable; confortablement; naïf; seul; commode; puérilement; sobre; adroit; niais; obtus; très vite; agile; sans peine; aisément; ingénu; sans effort; naturel; enfantin; en bon enfant; sans prétention; sans esprit; comme un enfant; élémentaire; borné; puéril; commodément; naïvement; ordinaire; d'enfant; simple d'esprit; d'une façon enfantine)
fácil; cómodo; fácilmente; simple; sencillo; sin esfuerzo; sin complicaciones-
fácil bijvoeglijk naamwoord
-
cómodo bijvoeglijk naamwoord
-
fácilmente bijwoord
-
simple bijvoeglijk naamwoord
-
sencillo bijvoeglijk naamwoord
-
sin esfuerzo bijvoeglijk naamwoord
-
sin complicaciones bijvoeglijk naamwoord
-
-
terne (grisâtre; gris; sombre; blême; mat)
-
terne (qui manque du goût; sans goût; mat; fade; insipide; de mauvais goût)
soso; insípido; sin sabor; sin sal; con poca sal; pobre de sal-
soso bijvoeglijk naamwoord
-
insípido bijvoeglijk naamwoord
-
sin sabor bijvoeglijk naamwoord
-
sin sal bijvoeglijk naamwoord
-
con poca sal bijvoeglijk naamwoord
-
pobre de sal bijvoeglijk naamwoord
-
-
terne (grisâtre; gris; décoloré; pâle; blême; blafard; incolore; sans couleur; neutre; livide)
ancho; gris; tenue; pardo; incoloro; puerco; lívido; holgado; mugriento; desaliñado; deslucido; plomizo; descolorido; grisáceo; pardusco; sin color-
ancho bijvoeglijk naamwoord
-
gris bijvoeglijk naamwoord
-
tenue bijvoeglijk naamwoord
-
pardo bijvoeglijk naamwoord
-
incoloro bijvoeglijk naamwoord
-
puerco bijvoeglijk naamwoord
-
lívido bijvoeglijk naamwoord
-
holgado bijvoeglijk naamwoord
-
mugriento bijvoeglijk naamwoord
-
desaliñado bijvoeglijk naamwoord
-
deslucido bijvoeglijk naamwoord
-
plomizo bijvoeglijk naamwoord
-
descolorido bijvoeglijk naamwoord
-
grisáceo bijvoeglijk naamwoord
-
pardusco bijvoeglijk naamwoord
-
sin color bijvoeglijk naamwoord
-
-
terne (maligne; sale; gris; obscur; blême; grisâtre; crasseux)
-
terne (vague; mat; blême)
mate; sin brillo; apagado-
mate bijvoeglijk naamwoord
-
sin brillo bijvoeglijk naamwoord
-
apagado bijvoeglijk naamwoord
-
-
terne (mou; indolent; inanimé; apathique; mort; faible; lent; lentement; misérable; languissant; sans âme; sans envie; indolemment; sans force)
fláccido; perezoso; flojo; lánguidamente; blando; apagado; abatido; bochornoso; desanimado; laso; lánguido; sin ganas de nada-
fláccido bijvoeglijk naamwoord
-
perezoso bijvoeglijk naamwoord
-
flojo bijvoeglijk naamwoord
-
lánguidamente bijvoeglijk naamwoord
-
blando bijvoeglijk naamwoord
-
apagado bijvoeglijk naamwoord
-
abatido bijvoeglijk naamwoord
-
bochornoso bijvoeglijk naamwoord
-
desanimado bijvoeglijk naamwoord
-
laso bijvoeglijk naamwoord
-
lánguido bijvoeglijk naamwoord
-
sin ganas de nada bijvoeglijk naamwoord
-
-
terne (flottant; gris; négligent; négligé; blême; nonchalant; grisâtre; négligemment; trop large; avec négligence; peu soigné)
-
terne (blafard; pâle; fané; vaguement; flétri; décoloré; vague; blême; livide; blémi)
soso; flojo; vago; agotado; débil; blanco; lejano; pálido; gris; tenue; pardo; canoso; gastado; lívido; caduco; difuso; desgastado; mustio; enfermizo; lánguido; desteñido; deslucido; plomizo; incoloro; descolorido; manoseado; sin color; desmudado-
soso bijvoeglijk naamwoord
-
flojo bijvoeglijk naamwoord
-
vago bijvoeglijk naamwoord
-
agotado bijvoeglijk naamwoord
-
débil bijvoeglijk naamwoord
-
blanco bijvoeglijk naamwoord
-
lejano bijvoeglijk naamwoord
-
pálido bijvoeglijk naamwoord
-
gris bijvoeglijk naamwoord
-
tenue bijvoeglijk naamwoord
-
pardo bijvoeglijk naamwoord
-
canoso bijvoeglijk naamwoord
-
gastado bijvoeglijk naamwoord
-
lívido bijvoeglijk naamwoord
-
caduco bijvoeglijk naamwoord
-
difuso bijvoeglijk naamwoord
-
desgastado bijvoeglijk naamwoord
-
mustio bijvoeglijk naamwoord
-
enfermizo bijvoeglijk naamwoord
-
lánguido bijvoeglijk naamwoord
-
desteñido bijvoeglijk naamwoord
-
deslucido bijvoeglijk naamwoord
-
plomizo bijvoeglijk naamwoord
-
incoloro bijvoeglijk naamwoord
-
descolorido bijvoeglijk naamwoord
-
manoseado bijvoeglijk naamwoord
-
sin color bijvoeglijk naamwoord
-
desmudado bijvoeglijk naamwoord
-
-
terne (sans animation; mat; maussade)
-
terne (désolant; tristement; peu attrayant; mélancolique; lâchement; triste; morne; découragé; ténébreux; sans joie; abattu; morose; déprimé; peu aimable; lâche; sombre; gris; maussade; blême; pessimiste; grisâtre; affligé; peu intime)
apagado; triste; deprimido; desolador; sombrío; desolado; deplorable; melancólico; grisáceo-
apagado bijvoeglijk naamwoord
-
triste bijvoeglijk naamwoord
-
deprimido bijvoeglijk naamwoord
-
desolador bijvoeglijk naamwoord
-
sombrío bijvoeglijk naamwoord
-
desolado bijvoeglijk naamwoord
-
deplorable bijvoeglijk naamwoord
-
melancólico bijvoeglijk naamwoord
-
grisáceo bijvoeglijk naamwoord
-
-
terne (muet; ébahi; sans voix; interdit; mat; pantois; ébaubi; ahuri; baba; perplexe; éberlué; bouche bée; décontenancé; estomaqué)
Vertaal Matrix voor terne:
Synoniemen voor "terne":
Wiktionary: terne
terne
Cross Translation:
adjective
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• terne | → opaco; mate | ↔ dull — not shiny |
• terne | → lóbrego | ↔ gloomy — imperfectly illuminated |
• terne | → oscuro | ↔ gloomy — affected with, or expressing, gloom; melancholy |
• terne | → soso; bobo; memo; papanatas; pavitonto; zoquete; sin vida | ↔ vapid — lifeless, dull, or banal |