Home ->Woordenboeken ->Frans/Engels ->Zoek: remontant

Franse en Engelse zoekresultaten voor: remontant

Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. remontant:
  2. remonter:
  3. Wiktionary:

Frans

Uitgebreide vertaling voor remontant (Frans) in het Engels

remontant:

remontant [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le remontant (petit verre de genièvre)
    the reviver; the bracer; the nip; the dram
    • reviver [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bracer [the ~] zelfstandig naamwoord
    • nip [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dram [the ~] zelfstandig naamwoord

remontant bijvoeglijk naamwoord

  1. remontant (fortifiant; réjouissant)
    uplifting; heartwarming
  2. remontant (encourageant; fortifiant)
    heartening; cheering; heartwarming

Vertaal Matrix voor remontant:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bracer petit verre de genièvre; remontant
cheering acclamations; cris d'allégresse; cris de joie; hourra; ricanement; rire moqueur; vacarme
dram petit verre de genièvre; remontant goutte; petit verre
nip petit verre de genièvre; remontant goutte; petit verre; réception
reviver petit verre de genièvre; remontant
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cheering encourageant; fortifiant; remontant
heartening encourageant; fortifiant; remontant consolant; réconfortant; réjouissant
heartwarming encourageant; fortifiant; remontant; réjouissant fortifiant; remontant le moral; réjouissant; stimulant
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
uplifting fortifiant; remontant; réjouissant enrichissant; fortifiant; noble; remontant le moral; réjouissant; sublime; édifiant

Synoniemen voor "remontant":


remonter:

remonter werkwoord (remonte, remontes, remontons, remontez, )

  1. remonter (réconforter; relever; rehausser; )
    to refurbish; to boost; jack up v; to pep up; to patch up
    • refurbish werkwoord (refurbishs, refurbished, refurbishing)
    • boost werkwoord (boosts, boosted, boosting)
    • jack up v werkwoord
    • pep up werkwoord (peps up, pepped up, pepping up)
    • patch up werkwoord (patches up, patched up, patching up)
  2. remonter (tirer vers le haut; tirer; hisser)
    to pull up; to erect
    • pull up werkwoord (pulls up, pulled up, pulling up)
    • erect werkwoord (erects, erected, erecting)

Conjugations for remonter:

Présent
  1. remonte
  2. remontes
  3. remonte
  4. remontons
  5. remontez
  6. remontent
imparfait
  1. remontais
  2. remontais
  3. remontait
  4. remontions
  5. remontiez
  6. remontaient
passé simple
  1. remontai
  2. remontas
  3. remonta
  4. remontâmes
  5. remontâtes
  6. remontèrent
futur simple
  1. remonterai
  2. remonteras
  3. remontera
  4. remonterons
  5. remonterez
  6. remonteront
subjonctif présent
  1. que je remonte
  2. que tu remontes
  3. qu'il remonte
  4. que nous remontions
  5. que vous remontiez
  6. qu'ils remontent
conditionnel présent
  1. remonterais
  2. remonterais
  3. remonterait
  4. remonterions
  5. remonteriez
  6. remonteraient
passé composé
  1. ai remonté
  2. as remonté
  3. a remonté
  4. avons remonté
  5. avez remonté
  6. ont remonté
divers
  1. remonte!
  2. remontez!
  3. remontons!
  5. remonté
  6. remontant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

remonter [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le remonter
    the sailing up

Vertaal Matrix voor remonter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
boost aiguillon; encouragement; force; force propulsive; impulsion; incitation; piquant; poussée; stimulant; stimulation; stimuli; stimulus
sailing up remonter
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
boost arranger; rehausser; relever; remonter; réconforter; réparer; se rafraîchir; se remettre; soulever activer; animer; attiser; exciter; exhorter; inciter; inciter à; presser; tisonner; éperonner
erect hisser; remonter; tirer; tirer vers le haut bâtir; conduire en haut; construire; dresser; mettre quelque chose debout; poser droit; redresser; remettre d'aplomb; édifier; ériger
jack up v arranger; rehausser; relever; remonter; réconforter; réparer; se rafraîchir; se remettre; soulever
patch up arranger; rehausser; relever; remonter; réconforter; réparer; se rafraîchir; se remettre; soulever
pep up arranger; rehausser; relever; remonter; réconforter; réparer; se rafraîchir; se remettre; soulever
pull up hisser; remonter; tirer; tirer vers le haut conduire en haut; gréer; hisser; lever; relever; soulever
refurbish arranger; rehausser; relever; remonter; réconforter; réparer; se rafraîchir; se remettre; soulever remettre à neuf
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
erect dressé debout; droit; droit comme un cierge; perpendiculaire; perpendiculairement; rectiligne; sans détours; tout droit; vertical; verticalement

Synoniemen voor "remonter":


Wiktionary: remonter

remonter
verb
  1. Traductions à trier suivant le sens
remonter
verb
  1. tighten a clockwork mechanism

Verwante vertalingen van remontant







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0348 seconde
Page rendered in 1.0 seconds