Frans
Uitgebreide vertaling voor voulu (Frans) in het Engels
voulu:
-
voulu (désiré; en vogue; demandé; désirable; populaire; aimé; favori)
sought-after; wanted; desirable; in demand; popular; gladly seen-
sought-after bijvoeglijk naamwoord
-
wanted bijvoeglijk naamwoord
-
desirable bijvoeglijk naamwoord
-
in demand bijvoeglijk naamwoord
-
popular bijvoeglijk naamwoord
-
gladly seen bijvoeglijk naamwoord
-
-
voulu (désirable; désiré; recherché; en vogue; demandé)
desirable; wanted; sought-after; adorable; in demand-
desirable bijvoeglijk naamwoord
-
wanted bijvoeglijk naamwoord
-
sought-after bijvoeglijk naamwoord
-
adorable bijvoeglijk naamwoord
-
in demand bijvoeglijk naamwoord
-
-
voulu (souhaitable; souhaité; désiré; désirable; demandé)
desirable; desired; necessary; wanted; essential; wished for; in demand; gladly seen-
desirable bijvoeglijk naamwoord
-
desired bijvoeglijk naamwoord
-
necessary bijvoeglijk naamwoord
-
wanted bijvoeglijk naamwoord
-
essential bijvoeglijk naamwoord
-
wished for bijvoeglijk naamwoord
-
in demand bijvoeglijk naamwoord
-
gladly seen bijvoeglijk naamwoord
-
-
voulu (recherché; demandé; désiré; cherché)
in request; in demand; sought-after-
in request bijvoeglijk naamwoord
-
in demand bijvoeglijk naamwoord
-
sought-after bijvoeglijk naamwoord
-
-
voulu (populaire; célèbre; fameux; désiré; couvert de lauriers; célébré; aimé; renommé; en vogue; chéri; illustre; cher; vanté; estimé; loué)