Frans
Uitgebreide vertaling voor valide (Frans) in het Engels
valide:
-
valide (valable; légitime; fondé; juste; en règle; autorisé; licite)
valid; legitimate; lawful-
valid bijvoeglijk naamwoord
-
legitimate bijvoeglijk naamwoord
-
lawful bijvoeglijk naamwoord
-
-
valide
justified; legitimate; warranted; well-founded; reasoned-
justified bijvoeglijk naamwoord
-
legitimate bijvoeglijk naamwoord
-
warranted bijvoeglijk naamwoord
-
well-founded bijvoeglijk naamwoord
-
reasoned bijvoeglijk naamwoord
-
-
valide
able-bodied-
able-bodied bijvoeglijk naamwoord
-
-
valide
-
valide (légal; raisonnable; légitime; équitable; à juste titre; équitablement; légitimement; légalement; raisonnablement)
justified; legitimate; rightful; warranted; lawful-
justified bijvoeglijk naamwoord
-
legitimate bijvoeglijk naamwoord
-
rightful bijvoeglijk naamwoord
-
warranted bijvoeglijk naamwoord
-
lawful bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor valide:
Synoniemen voor "valide":
Wiktionary: valide
valider:
valider werkwoord (valide, valides, validons, validez, valident, validais, validait, validions, validiez, validaient, validai, validas, valida, validâmes, validâtes, validèrent, validerai, valideras, validera, validerons, validerez, valideront)
-
valider (ratifier; confirmer; sceller; entériner)
-
valider (ratifier; authentifier; confirmer; entériner; authentiquer)
-
valider
-
valider
to validate– To compare files on local volumes with their associated data in secondary storage by Remote Storage. Validating files ensures that all the files on the managed volumes point to valid and correct data in remote storage. It also recalculates volume statistics. 1 -
valider
-
valider
Conjugations for valider:
Présent
- valide
- valides
- valide
- validons
- validez
- valident
imparfait
- validais
- validais
- validait
- validions
- validiez
- validaient
passé simple
- validai
- validas
- valida
- validâmes
- validâtes
- validèrent
futur simple
- validerai
- valideras
- validera
- validerons
- validerez
- valideront
subjonctif présent
- que je valide
- que tu valides
- qu'il valide
- que nous validions
- que vous validiez
- qu'ils valident
conditionnel présent
- validerais
- validerais
- validerait
- validerions
- valideriez
- valideraient
passé composé
- ai validé
- as validé
- a validé
- avons validé
- avez validé
- ont validé
divers
- valide!
- validez!
- validons!
- validé
- validant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles
-
valider
Vertaal Matrix voor valider:
Synoniemen voor "valider":
Wiktionary: valider
valider
valider
Cross Translation:
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• valider | → be valid | ↔ valideren — intr|nld (formeel, nld) geldig, van kracht zijn |
• valider | → validate | ↔ validieren — (transitiv) etwas auf Gültigkeit prüfen, die Richtigkeit einer Methode beispielhaft testen |
• valider | → validate | ↔ validieren — (transitiv)veraltet: etwas rechtsgültig machen, für rechtsgültig erklären |