Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. survivant:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor survivant (Frans) in het Engels

survivant:

survivant [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le survivant (rescapé)
    the survivor
    • survivor [the ~] zelfstandig naamwoord

survivant bijvoeglijk naamwoord

  1. survivant
    survivor; longest living
  2. survivant
    longest-living; eldest; oldest

Vertaal Matrix voor survivant:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
eldest aîné; plus vieux; plus âgé
oldest aîné; plus vieux; plus âgé
survivor rescapé; survivant
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
eldest survivant du troisième âge; le plus âgé; vieillot; âgé
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
longest living survivant
longest-living survivant
oldest survivant du troisième âge; le plus âgé; vieillot; âgé
survivor survivant

Synoniemen voor "survivant":


Wiktionary: survivant

survivant
adjective
  1. Qui survivre à un autre.
noun
  1. Personne qui a survécu à une autre ou à un accident.
survivant
noun
  1. one who survives

Cross Translation:
FromToVia
survivant survivor overlevende — iemand die een levensbedreigende situatie overleefd heeft
survivant survivor Überlebender — Person, die eine Notsituation lebend überstanden hat