Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor malfaiteur (Frans) in het Engels

malfaiteur:

malfaiteur [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le malfaiteur (criminel; délinquant; bandit; malfrat)
    the perpetrator; the delinquent; the criminal; the offender; the malefactor; the evil-doer
  2. le malfaiteur (coquin; brigand; bandit; )
    the villain; the rogue
    • villain [the ~] zelfstandig naamwoord
    • rogue [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. le malfaiteur (gangster; assaillant de banque)
    the bank robber
  4. le malfaiteur (la personne qui a fait quelque chose; auteur)
    the perpetrator; the acter; the doer; the committer
    • perpetrator [the ~] zelfstandig naamwoord
    • acter [the ~] zelfstandig naamwoord
    • doer [the ~] zelfstandig naamwoord
    • committer [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor malfaiteur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acter auteur; la personne qui a fait quelque chose; malfaiteur
bank robber assaillant de banque; gangster; malfaiteur
committer auteur; la personne qui a fait quelque chose; malfaiteur
criminal bandit; criminel; délinquant; malfaiteur; malfrat bagnard; condamné; détenu; forçat; galérien; prisonnier
delinquent bandit; criminel; délinquant; malfaiteur; malfrat
doer auteur; la personne qui a fait quelque chose; malfaiteur
evil-doer bandit; criminel; délinquant; malfaiteur; malfrat
malefactor bandit; criminel; délinquant; malfaiteur; malfrat
offender bandit; criminel; délinquant; malfaiteur; malfrat auteur; celui qui a eu une amende; contrevenant; coupable; transgresseur; verbalisé
perpetrator auteur; bandit; criminel; délinquant; la personne qui a fait quelque chose; malfaiteur; malfrat auteur; celui qui a eu une amende; contrevenant; coupable
rogue bandit; brigand; coquin; criminel; gangster; malfaiteur; réprouvé; taquin bandit; brigand; canaille; clown; coquin; crapule; criminel; diablotin; délinquant; espiègle; farceur; fripon; fripouille; gaillard; gamin; garnement; gredin; jeune délinquant; malfrat; mauvais garnement; misérable; méchant; paillasse; plaisantin; polisson; polissonne; sacripant; scélérat; truand; vaurien; voyou
villain bandit; brigand; coquin; criminel; gangster; malfaiteur; réprouvé; taquin bandit; brigand; canaille; casse-cul; charogne; coquin; crapule; criminel; délinquant; emmerdeur; fripon; fripouille; garnement; gredin; jeune délinquant; malfrat; mauvais garnement; misérable; polisson; polissonne; sacripant; sale type; scélérat; traître; traîtresse; truand; vaurien; voyou
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
criminal criminel; illicite

Synoniemen voor "malfaiteur":


Wiktionary: malfaiteur

malfaiteur
noun
  1. Celui qui commettre des méfaits, des vols, voire des crimes.
malfaiteur
noun
  1. person who performs evil acts
  2. someone who does wrong

Computer vertaling door derden: