Frans
Uitgebreide vertaling voor infectieux (Frans) in het Engels
infectieux:
-
infectieux (contagieux; transmissible; transférable)
contagious; infectious; catching; transmittable; infecting-
contagious bijvoeglijk naamwoord
-
infectious bijvoeglijk naamwoord
-
catching bijvoeglijk naamwoord
-
transmittable bijvoeglijk naamwoord
-
infecting bijvoeglijk naamwoord
-
-
infectieux (contagieux; transmissible; transférable)
contagious; infective; infectious-
contagious bijvoeglijk naamwoord
-
infective bijvoeglijk naamwoord
-
infectious bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor infectieux:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
infecting | contamination; empoisonnement; infection; intoxication | |
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
catching | contagieux; infectieux; transférable; transmissible | |
contagious | contagieux; infectieux; transférable; transmissible | |
infectious | contagieux; infectieux; transférable; transmissible | |
infective | contagieux; infectieux; transférable; transmissible | |
transmittable | contagieux; infectieux; transférable; transmissible | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
infecting | contagieux; infectieux; transférable; transmissible |
Synoniemen voor "infectieux":
Wiktionary: infectieux
infectieux
adjective
-
Qui produit une infection.
- infectieux → infectious