Hiérarchie in het Engels vertaald uit het Frans

Remove Ads

Overzicht

Frans naar Engels: Meer gegevens...

hiérarchie:
- hierarchy; order of rank; rank; arrangement; classification; disposition; ranging; position; marshalling
Wiktionary:
- hiérarchie → hierarchy
- hiérarchie → hierarchy

Frans

Uitgebreide vertaling voor hiérarchie (Frans) in het Engels

hiérarchie:

hiérarchie [la ~] zelfstandig naamwoord

l'hiérarchie (ordre de préséance; ordre; mise en ordre; arrangement; classement; position; échelon; échelle; ordonnance; gradation; niveau; titre; rang; degré; grade)
the hierarchy; the order of rank; the rank
- hierarchy [the ~] zelfstandig naamwoord
- order of rank [the ~] zelfstandig naamwoord
- rank [the ~] zelfstandig naamwoord
l'hiérarchie (mise en ordre; rangement; arrangement; classement; ordre)
the arrangement; the classification; the disposition; the ranging; the position; the marshalling
- arrangement [the ~] zelfstandig naamwoord
- classification [the ~] zelfstandig naamwoord
- disposition [the ~] zelfstandig naamwoord
- ranging [the ~] zelfstandig naamwoord
- position [the ~] zelfstandig naamwoord
- marshalling [the ~] zelfstandig naamwoord
l'hiérarchie
the hierarchy
– A logical structure that organizes the members of a set into parent-child relationships. ¹
- hierarchy [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor hiérarchie:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
arrangement	arrangement; classement; hiérarchie; mise en ordre; ordre; rangement	accord; arrangement; assemblage; classement; composition; construction; disposition; fixation; harmonisation; installation; instrumentation; mise en ordre; mise en place; montage; orchestration; placement; positionnement; rangement; règlement; réglementation
classification	arrangement; classement; hiérarchie; mise en ordre; ordre; rangement	arrangement; caractérisation; catégorie; classement; classement hiërarchique; classification; rangement; typologie
disposition	arrangement; classement; hiérarchie; mise en ordre; ordre; rangement	ardeur; avis; buste; caractère; conception; conception de la vie; confession; conviction; conviction religieuse; convictions; croyance; croyances religieuses; culte; disposition; esprit; ferveur; foi; fougue; humeur; nature; opinion; philosophie; poitrine; religion; tempérament; âme; état d'âme
hierarchy	arrangement; classement; degré; gradation; grade; hiérarchie; mise en ordre; niveau; ordonnance; ordre; ordre de préséance; position; rang; titre; échelle; échelon
marshalling	arrangement; classement; hiérarchie; mise en ordre; ordre; rangement
order of rank	arrangement; classement; degré; gradation; grade; hiérarchie; mise en ordre; niveau; ordonnance; ordre; ordre de préséance; position; rang; titre; échelle; échelon	grade; ordre; position; rang; échelon
position	arrangement; classement; hiérarchie; mise en ordre; ordre; rangement	angle; attitude; attitude physique; avis; cas; classe; classe sociale; condition; différend; emplacement; emploi; fonction; groupe social; instant; moment; office; opinion; opinions; optique; ordre; perspective; point de vue; position; poste; prise de position; problème; question; rang; service salarié; situation; sorte; tenue physique; voie; état
ranging	arrangement; classement; hiérarchie; mise en ordre; ordre; rangement
rank	arrangement; classement; degré; gradation; grade; hiérarchie; mise en ordre; niveau; ordonnance; ordre; ordre de préséance; position; rang; titre; échelle; échelon	bande; barre; considération; corde; câble; file; grade; ligne; notoriété; ordre; position; prestige; rang; rangs; renommée; règle; réputation; échelon
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
position		déposer; installer; mettre; placer; poser; ranger
rank		catégoriser; classer; classer par ordre de priorité; classifier; se mettre en rangs
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
rank		affligeant; criant; effrayant; effroyablement; honteusement; honteux; infâme; inouï; rance; scandaleusement; scandaleux

Synoniemen voor "hiérarchie":

classification; taxinomie; zootaxie; classement; grade; degré; échelon; promotion; diplôme; fonction; échelle; filière; hilaire; hie; hiémal; hiémaux; hier; hiérarchique; hiérarchisation; hiérarchiser; hiérarque; hiératique

Wiktionary: hiérarchie

hiérarchie

noun

(religion) (vieilli) ordre et subordination des différents chœurs des anges.
- hiérarchie → hierarchy

hiérarchie

noun

body of authoritative officials organised by rank
- hierarchy → hiérarchie

Cross Translation:

From	To	Via
• hiérarchie	→ hierarchy	↔ hiërarchie — rangorde
• hiérarchie	→ hierarchy	↔ Hierarchie — System von Über- und Unterordnung; strenge Rangordnung

¹Microsoft® Language Portal

Remove Ads

Vertaal hiérarchie van Frans naar Engels

Uitgebreide vertaling voor hiérarchie (Frans) in het Engels

hiérarchie:

hiérarchie [la ~] zelfstandig naamwoord

l'hiérarchie (ordre de préséance; ordre; mise en ordre; arrangement; classement; position; échelon; échelle; ordonnance; gradation; niveau; titre; rang; degré; grade)

l'hiérarchie (mise en ordre; rangement; arrangement; classement; ordre)

l'hiérarchie

Vertaal Matrix voor hiérarchie:

Synoniemen voor "hiérarchie":

Wiktionary: hiérarchie