Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. haut-parleur:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor haut-parleur (Frans) in het Engels

haut-parleur:

haut-parleur [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'haut-parleur (baffle; enceinte)
    the speaker
    • speaker [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. l'haut-parleur (téléphone mains libres)
    the speaker; the speakerphone
    – The microphone and speaker on a calling device/phone that allows you to converse with someone without using the handset or headset. 1

Vertaal Matrix voor haut-parleur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
speaker baffle; enceinte; haut-parleur; téléphone mains libres conférencier; initiateur; introducteur; locuteur; orateur; porte-parole; quelqu'un qui fait un discours
speakerphone haut-parleur; téléphone mains libres

Synoniemen voor "haut-parleur":


Wiktionary: haut-parleur

haut-parleur
noun
  1. Sonorisation
haut-parleur
noun
  1. transducer
  2. loudspeaker

Cross Translation:
FromToVia
haut-parleur loudspeaker; speaker LautsprecherElektrotechnik: Vorrichtung zum Umwandeln elektrischer Energie in Schall, z.B. zum Wiedergeben aufgezeichneter Musik

Verwante vertalingen van haut-parleur