Gradation in het Engels vertaald uit het Frans

Remove Ads

Overzicht

Frans naar Engels: Meer gegevens...

gradation:
- degree; level; hierarchy; order of rank; rank
Wiktionary:
- gradation → gradation
- gradation → climax

Frans

Uitgebreide vertaling voor gradation (Frans) in het Engels

gradation:

gradation [la ~] zelfstandig naamwoord

la gradation (degré; mesure; niveau; rang)
the degree; the level
- degree [the ~] zelfstandig naamwoord
- level [the ~] zelfstandig naamwoord
la gradation (niveau; degré; échelon; grade; ordre; rang; titre)
the level
- level [the ~] zelfstandig naamwoord
la gradation (ordre de préséance; hiérarchie; ordre; mise en ordre; arrangement; classement; position; échelon; échelle; ordonnance; niveau; titre; rang; degré; grade)
the hierarchy; the order of rank; the rank
- hierarchy [the ~] zelfstandig naamwoord
- order of rank [the ~] zelfstandig naamwoord
- rank [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor gradation:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
degree	degré; gradation; mesure; niveau; rang	degré; degré de thermomètre; degrée; grade; grade militaire; quantité
hierarchy	arrangement; classement; degré; gradation; grade; hiérarchie; mise en ordre; niveau; ordonnance; ordre; ordre de préséance; position; rang; titre; échelle; échelon	hiérarchie
level	couche; degré; gradation; grade; mesure; niveau; norme; ordre; plan; rang; titre; échelon	aloi; déblai; déblaiement; niveau; niveau de dimension; plan; qualité; section; terrain déblayé; échelon; égaliser; étage
order of rank	arrangement; classement; degré; gradation; grade; hiérarchie; mise en ordre; niveau; ordonnance; ordre; ordre de préséance; position; rang; titre; échelle; échelon	grade; ordre; position; rang; échelon
rank	arrangement; classement; degré; gradation; grade; hiérarchie; mise en ordre; niveau; ordonnance; ordre; ordre de préséance; position; rang; titre; échelle; échelon	bande; barre; considération; corde; câble; file; grade; ligne; notoriété; ordre; position; prestige; rang; rangs; renommée; règle; réputation; échelon
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
level		aplanir; aplatir; lisser; niveler; porter en compte; régler; régulariser; solder; standardiser; égaliser
rank		catégoriser; classer; classer par ordre de priorité; classifier; se mettre en rangs
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
level		de niveau; lisse; plat; sans cérémonies; sans détours; sans égards; tout net; uniforme; uniformément; égal
rank		affligeant; criant; effrayant; effroyablement; honteusement; honteux; infâme; inouï; rance; scandaleusement; scandaleux